Premier Johanna Sigurdardóttir (66) eiste eerder al de verkiezingswinst op. Haar Sociaal-Democratische Alliantie kreeg 29,8 procent van de stemmen. Coalitiepartner Links-Groen werd gesteund door 21,7 procent van de kiezers. De interim-regering heeft derhalve een ruime meerderheid van de 63 parlementszetels en kan verder gaan regeren.De rechtse Onafhankelijkheidspartij van oud-premier Geir Haarde haalde slechts 23,7 procent van de stemmen binnen, een historisch diepterecord. Haardes partij was achttien jaar aan de macht totdat hij na hevige protesten in januari aftrad. De Onafhankelijksheidspartij wordt verantwoordelijk gehouden voor de economische malaise op het eiland.

IJsland werd vorig jaar zwaar getroffen door het ineenstorten van de bankensector. Een snel stijgende werkloosheid, enorme inflatie en een torenhoge staatsschuld waren het gevolg. Sigurdardóttir wil IJsland zo snel mogelijk bij de Europese Unie voegen en de euro invoeren.