Vervolging piraten blijft lastige zaak
De Nederlandse marine arresteerde afgelopen weekeinde negen Somalische piraten, maar moest ze op last van de NAVO weer laten gaan. Vervolging van kapers is en blijft een lastige zaak.
Piraterij is een eeuwenoud verschijnsel. Toch is er door de jaren heen op juridisch gebied weinig actie tegen dit fenomeen ondernomen. Moderne wetten om kapers aan te pakken, zijn er bijna niet. En als ze er al zijn, stuit de handhaving niet zelden op allerlei praktische bezwaren.Omdat piraterij vaak op volle zee –juridisch gezien het gebied waar staten geen rechtsmacht over buitenlandse burgers hebben– plaatsheeft, is vervolging per definitie lastig. Vaak grijpen staten dan terug op hun nationale wetgeving.
In Nederland zet het Wetboek van Strafrecht weliswaar tot twaalf jaar cel op piraterij, maar dan moet wel worden aangetoond dat een Nederlands belang is geschonden. Als een onder buitenlandse vlag varend gekaapt schip wordt ontzet, is een Nederlands belang al snel niet aannemelijk te maken. Nog afgezien van allerlei praktisch zaken zoals getuigenverslagen, tolken en detentie van de verdachten.
In Groot-Brittannië is piraterij sinds de middeleeuwen als misdrijf gedefinieerd. Kapers liepen zelfs het risico gevierendeeld te worden. In de praktijk was vervolging van piraten echter uitzonderlijk. Ook hier spelen praktische argumenten een rol. Vorig jaar gaf het ministerie van Buitenlandse Zaken de Royal Navy nog het advies geen piraten van bepaalde nationaliteiten te arresteren, omdat ze wellicht asiel in het Verenigd Koninkrijk zouden kunnen aanvragen.
Internationaalrechtelijk gezien geldt zogenaamde universele jurisdictie op volle zee om tegen piraterij op te treden. Dat houdt in dat elk land piraten uit elk willekeurig land kan vervolgen, zoals onder andere vastgelegd in de VN-Conventie Zeerecht uit 1982. Maar opnieuw kiezen veel staten voor de makkelijke oplossing: schrik piraten af, ontwapen hen desnoods, maar haal je niet allerlei juridische toestanden op de hals door hen te vervolgen.
Hoogleraren internationaal strafrecht Zegveld en Knoops pleitten daarom deze week in NRC-Handelsblad voor een speciaal VN-tribunaal, vergelijkbaar met het Internationaal Strafhof, dat piraten moet berechten. „Een tribunaal onder auspiciën van de Verenigde Naties kan bewijsmateriaal verzamelen en gespecialiseerde aanklagers inzetten. Voor de verdachten ontstaat duidelijkheid over de geldende wetten.”