Verdachte brand Roermond wil naar graven kinderen
De 34-jarige Roermondenaar, die wordt verdacht van de fatale brandstichting op 12 juli 2002 in zijn woning aan de Jupiterstraat, heeft dinsdag de rechtbank verzocht de graven van zijn zes kinderen te mogen bezoeken. De man moet op 11 februari terechtstaan. Voor de rechtbank in Roermond vond dinsdag een pro-formazitting plaats.
Het openbaar ministerie besloot in oktober een identiek verzoek hangende het onderzoek af te wijzen. Toen kwam het verzoek van de advocate, dinsdag was de verdachte zelf aanwezig. Nu wordt gewacht op het eindrapport van het Pieter Baan Centrum, dat deze maand afkomt. De verdachte, die de brandstichting heeft bekend, werd daar psychiatrisch onderzocht. Hij keerde op 12 december terug naar het huis van bewaring in Grave.
Zijn advocaat, M. ter Meulen, zei dinsdag haar onderzoek nog niet te hebben afgerond. Zij wil de schoonzus van P.G. spreken en een videoband zien van het politieverhoor van het enig overgebleven kind. Dat logeerde tijdens de brand elders.
Ook plaatste de advocate nog vraagtekens bij de vijf minuten vertraging die in de bewuste nacht van 11 op 12 juli vorig jaar ontstond in de meldkamer van politie en brandweer. Volgens de raadsvrouwe zou eerder ingrijpen mogelijk het leven van het zesde kind, dat in het ziekenhuis aan haar verwondingen bezweek, hebben kunnen redden. „Vijf of zes doden, dat maakt enig verschil”, aldus Ter Meulen.