CDA: Eerder optreden in strijd tegen criminaliteit
Politie en justitie moeten eerder kunnen ingrijpen als doorgewinterde criminelen of hooligans opnieuw in de fout dreigen te gaan. Het CDA in de Tweede Kamer wil dat er meteen opgetreden kan worden zodra het erop lijkt dat ze weer crimineel gedrag zullen vertonen.
Christendemocraat Cörüz zal dat woensdag bepleiten tijdens een debat over de nieuwe wet die voetbalvandalisme en ernstige overlast moet tegengaan. „Je moet in een pril stadium kunnen ingrijpen. Bijvoorbeeld als hooligans elkaar sms–en: om twee uur knokken op het Malieveld. Als de politie moet afwachten tot het bijna misgaat, dan komt ze te laat".Het CDA wil daarom dat de politie al kan ingrijpen bij samenspanning, zoals dat mogelijk is in Duitsland en Zweden. Samen met de coalitiepartijen PvdA en ChristenUnie heeft Cörüz in elk geval een Kamermeerderheid voor een licht afgezwakte variant. Die houdt in dat politie en justitie in actie mogen komen als criminelen of hooligans concrete voorbereidingen treffen.
De nieuwe wet tegen vandalisme en ernstige overlast geeft officieren van justitie al extra armslag. Een officier van justitie mag straks bijvoorbeeld een gebiedsverbod of contactverbod opleggen. Ook burgemeesters kunnen makkelijker preventief ingrijpen. Ook zij mogen een gebiedsverbod opleggen, evenals een samenscholingsverbod en een meldingsplicht. Het wetsvoorstel van de ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie kan rekenen op brede steun.
Het CDA wil evenwel een stapje verder gaan. Dat geldt ook in de richting van burgemeesters. De partij vindt dat zij mensen moeten kunnen verplichten een poosje in hun woning te blijven, bijvoorbeeld tijdens een risicovolle voetbalwedstrijd of met oud en nieuw. Cörüz zal het kabinet vragen die mogelijkheid te onderzoeken.
De SP verwacht dat de nieuwe wet veelal zal worden gebruikt tegen groepen jongeren die overlast veroorzaken, onder meer in woonwijken. SP-Kamerlid De Wit vraagt zich af waarom veel maatregelen zich richten op de aanpak van groepen probleemjongeren en niet op individuen.