Kerk & religie

„Bijbel geen handboek ethiek”

„De Bijbel is een kennisbron en een regel voor een protestants-christelijke ethiek. Het is een regel om naar te leven, waarvoor je wel de nodige moeite moet doen.”

Van een medewerker
5 March 2009 10:51Gewijzigd op 14 November 2020 07:26
ROTTERDAM – „Het gezag van de Schrift resulteert in een toegerust volk dat goede werken doet”, zei prof. dr. Patrick Nullens, hoogleraar aan de Leuvense Evangelische Theologische Faculteit, woensdagavond in een lezing voor CSFR-studenten in Rotterdam. Hij
ROTTERDAM – „Het gezag van de Schrift resulteert in een toegerust volk dat goede werken doet”, zei prof. dr. Patrick Nullens, hoogleraar aan de Leuvense Evangelische Theologische Faculteit, woensdagavond in een lezing voor CSFR-studenten in Rotterdam. Hij

Prof. Nullens, hoogleraar dogmatiek en ethiek aan de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven, sprak woensdagavond voor het Rotterdamse CSFR-dispuut Ichthus over de Bijbel en ethiek. Dat past in het jaarthema ”Tussen goed en kwaad”, waarbinnen de studenten zes lezingen beleggen.Volgens prof. Nullens gaat het bij het Schriftgezag niet om bibliolatrie, Bijbelvergoding. Het gezag van de Schrift is bedoeld als navolging van Christus.

Over het Schriftgezag is in de theologie veel discussie geweest, zei de Leuvense hoogleraar, in het bijzonder rond een tekst als 2 Timotheüs 3:16 en 17: „Al de Schrift is van God ingegeven en is nuttig tot lering, tot wederlegging, tot verbetering, tot onderwijzing, die in de rechtvaardigheid is. Opdat de mens Gods volmaakt zij, tot alle goed werk volmaaktelijk toegerust.” Prof. Nullens: „Het gezag van de Schrift resulteert in een toegerust volk dat goede werken doet.”

De theologische basis van de Bijbel laat ons de onveranderlijkheid zien van God, van het wezen van de mens, van menselijke vragen en noden en van de werking van Gods Geest, aldus de hoogleraar. Hij ziet in dat spectrum twee extremen: de vrijzinnigheid, die de autonome moraal als definitieve norm neemt en de Bijbel als een menselijk boek ziet. In dat verband noemde hij Kuitert, die in zijn denken en publicaties alles over God vanuit de mens beschouwt. De andere extreme is het biblicisme, dat de Bijbel ziet als een verzamelboek van morele orakels met een tijdloos karakter.

In de klassieke benadering van de Bijbel is er volgens prof. Nullens ook sprake van problemen. Zo worden tegengestelde meningen met „Bijbels gezag” verdedigd en actuele vraagstukken als kloneren en het invriezen van embryo’s in de Bijbel niet besproken. „Het is dus niet zo eenvoudig om met de Bijbel in de hand voor dit soort vraagstukken een ethische oplossing aan te dragen.”

De Bijbel kan ook gelezen worden vanuit een dogmatisch kader dat meegegeven is vanuit de geloofsgemeenschap. Verder is het volgens prof. Nullens in de Bijbel soms moeilijk te onderscheiden wat tijd- en cultuurgebonden is, eveneens wat beschrijvend en wat voorschrijvend is. „Het lezen van de Bijbel is altijd selectief en subjectief. We zijn beperkt in ons verstaan. We kunnen de Bijbel niet gebruiken als handboek waarmee we allerlei ethische vragen oplossen.”

Basisprincipes

Wel zijn er volgens hem basisprincipes. Een daarvan is dat de Bijbel theologisch, dat wil zeggen: christocentrisch, verstaan moet worden. Daarnaast moet de diversiteit en veelkleurigheid van de Schrift gehonoreerd worden. Dat hiervan tegenwoordig meer sprake is dan vroeger noemde de hoogleraar een verdienste van de postmoderniteit.

Ten slotte vormen volgens prof. Nullens waarden een objectieve werkelijkheid die we intens subjectief beleven. Waarden gaan vooraf aan principes. Mensen kunnen ook veranderen door een waardencrisis. „Door zo’n ervaring wordt men nooit meer als voorheen. Dat ondervond ook Paulus na zijn bekering op de weg naar Damascus.”

Tien Geboden

Ook de Tien Geboden refereren volgens de Leuvense ethicus aan waarden, hoewel ze in de Bijbel niet altijd letterlijk geciteerd worden. Ze vormen wel het uitgangspunt voor een christelijke ethiek. Zo is in Deuteronomium 22:8 sprake van bedrijfsethiek, waar het maken van een leuning op het dak moet voorkomen dat iemand doodvalt. De economische waarde wordt hier tegenover de waarde van het leven geplaatst. In Filippensen 3:7 en 8 verhaalt Paulus van een waardencrisis in zijn leven. Wat hem eerst winst was, acht hij nu schade. In 1 Korinthe 6:12–20 stelt Paulus het libertijns dualisme rond seksuele ethiek aan de kaak. Wat de mens doet met zijn lichaam zou los staan van de geest. Tempelprostitutie, waarvan sprake was, zou dus geen probleem zijn. „Paulus probeert dat waardensysteem te veranderen. „Jullie lichaam is een tempel van de Heilige Geest. Zo verheerlijkt dan God in uw lichaam”, zegt Paulus.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer