Dure tegenslag voor Europese luchtvaart
De mislukte lancering van de eerste Ariane-5-plusraket vanaf de lanceerbasis Kourou in Frans-Guyana betekent een harde en dure tegenslag voor de Europese ruimtevaart. Nadat op 28 november een eerste startpoging was mislukt, viel woensdag drie minuten na de vlekkeloze start de brandstoftoevoer uit en stortte de raket en de twee satellieten die zij in de ruimte had moeten brengen in de Atlantische Oceaan.
Volgens de Europese ruimtevaartorganisatie Arianespace was met de lancering van de twee communicatiesatellieten - inclusief de draagraket en de lancering - een bedrag van ongeveer 600 miljoen euro gemoeid. Slechts een van de twee communicatiesatellieten - de Hot Bird TM7 van satellietexploitant Eutelsat - zou verzekerd zijn geweest. Het Franse centrum voor ruimtevaartonderzoek CNES is zijn experimentele telecommunicatiesatelliet Stentor kwijt.
Wat er precies is misgegaan, is nog niet bekend. Maar de directeur van Arianespace, Jean-Yves La Gall, zei donderdagmiddag dat er aanwijzingen zijn dat er problemen waren met de hoofdmotor van de eerste trap van de raket. Een onafhankelijke onderzoekscommissie, die vrijdag wordt benoemd, moet uitzoeken wat er fout is gegaan en wat er nodig is om de Europese superraket zo snel mogelijk weer in bedrijf te brengen.
Van de veertien missies van een Ariane-5 zijn er nu vier mislukt. De laatste mislukking verslechtert de positie van Arianespace ten opzichte van de VS, die - na eerst prioriteit te hebben gegeven aan het ruimteveer - zich nu weer op commerciële lanceringen richten. Lanceerbedrijven als Boeing en ILS profiteren van het feit dat 70 procent van de nuttige ladingen voor draagraketten als Delta, Atlas en Titan overheidsopdrachten zijn, tegen 10 procent voor de Ariane.
De capaciteit van de Ariane-5 was opgevoerd om tien ton nuttige lading te kunnen meenemen. Dat zou de concurrentiepositie ten opzichte van de Verenigde Staten kunnen verbeteren.
De commerciële lanceermarkt zou na de terugloop die vorig jaar inzette, tegen 2005 á 2006 weer aantrekken. Dan moeten veel satellieten worden vervangen. De verwachting is dat dit met een zware concurrentiestrijd tussen de lanceerbedrijven gepaard zal gaan.
Arianespace zelf maakte eerder dit jaar een reorganisatie bekend om tegen 2003 uit de rode cijfers te raken. Die hoop is nu vrijwel zeker de bodem ingeslagen. Niettemin is het orderboekje van het Europese lanceerconcern tot midden 2005 gevuld. De directie gaat ervan uit dat zes lanceringen per jaar nodig zijn om winstgevend te zijn.