Anderhalf uur voor de ontploffing had het Rode Kruis een telefonische waarschuwing gekregen van iemand die zich uitgaf voor ETA–lid. Daardoor kon de omgeving op tijd ontruimd worden en vielen voor zover bekend geen gewonden. De schade was volgens ooggetuigen echter aanzienlijk.De bom ontplofte voor het hoofdkantoor van een bedrijf dat betrokken is bij de aanleg van een hogesnelheidslijn tussen Baskenland en de rest van Spanje. De ETA, die al tientallen jaren strijdt voor een onafhankelijk Baskenland, heeft al vaker aanslagen gepleegd op bedrijven die deze lijn bouwen. De spoorverbinding is volgens de ETA niet in het belang van Baskenland.

Hoewel de verantwoordelijkheid voor de ontploffing niet formeel is opgeëist, heeft het alle kenmerken van de ETA. Op 30 december 2006 pleegde de Baskische terreurgroep haar laatste aanslag in Madrid. In een parkeergarage van de luchthaven Barajas ontplofte een autobom, waardoor twee mannen uit Ecuador omkwamen.

Enkele uren voor de ontploffing had het Spaanse hooggerechtshof besloten dat twee partijen niet mee mogen doen aan de regionale verkiezingen op 1 maart. De partij Democratie Drie Miljoen (D3M) en Askatasuna zouden onder invloed staan van de ETA en diens politieke tak Batasuna, die in 2003 werd verboden.