Zondag zijn zo’n 5750 militairen vanuit het hele land naar de regio Galicië afgereisd om te helpen met het opruimen van de olie, die afkomstig is van de op 19 november gezonken tanker Prestige.

Naar verwachting gaat een groot deel van de 5000 vrijwilligers die hebben meegeholpen met het schoonmaken van de stranden vandaag naar huis. Door op grote schaal militairen in te zetten lijkt de regering de kritiek te willen pareren op haar aanpak van de olieramp.

Ongeveer honderd stranden verspreid over enkele honderden kilometers kustlijn zijn met de naar schatting 17.000 ton uit de Prestige gelekte olie vervuild. Volgens de Franse autoriteiten, die de tanker met een onbemande onderzeeboot hebben onderzocht, lekt het schip overigens nog steeds olie. De Spaanse vice-premier Mariano Rajoy maakte zondag bekend dat er voor de Spaanse kust nog zo’n zestig tot zeventig olievlekken drijven.

Ook in de buurt van de Franse kust zijn de afgelopen dagen olievlekken gesignaleerd, al staat volgens de Franse minister van Defensie Michele Alliot-Marie niet vast dat ook deze olie afkomstig is van de Prestige.

Verkenningsvliegtuigen hebben op ongeveer twintig kilometer uit de Franse zuidwestkust vijf olievlekken van ieder ongeveer honderd bij vijf meter aangetroffen. Frankrijk gaat proberen te verhinderen dat die de kust bereiken door de vlekken in te dammen met drijvende barrières en olie op te zuigen.

Volgens minister van milieu Roselyne Bachelot is de kans klein dat de vlekken de Franse kust binnen 72 uur bereiken en is het daardoor mogelijk om een groot deel van de olie op te ruimen voordat die anders de kust zou bereiken.