Tamil Tijgers verder in het nauw
De Sri Lankaanse rebellenbeweging Tamil Tijgers verliest steeds meer terrein. Een hoge functionaris binnen het regeringsleger stelde donderdag dat het belangrijkste commandocentrum van de LTTE in de plaats Dharmapuram is ingenomen. De opstandelingen zijn inmiddels teruggedrongen tot een strook jungle van circa 10 bij 40 kilometer in het district Mullaittivu in het noordoosten van de eilandstaat.
Het leger van Sri Lanka begon vorig jaar een nieuw offensief tegen de Tamil Tijgers, die al 25 jaar strijden voor een onafhankelijke staat. Begin deze maand vielen de rebellenhoofdstad Kilinochchi en de strategisch zeer belangrijke Olifantenpas al in handen van de strijdkrachten. De verovering van het commandocomplex, dat bestaat uit ondergrondse bunkers met radioapparatuur, een auditorium en gedetailleerde kaarten van alle militaire bases op het eiland, vormt een nieuw succes voor het leger.Circa 230.000 mensen zitten vast in het gebied waar guerrilla’s en Sri Lankaanse militairen strijd leveren. Mensenrechtenorganisaties beschuldigen de Tamil Tijgers ervan dat ze de burgers gebruiken als menselijk schild tegen de opmars van het leger.
De verzetsbeweging krijgt ook harde kritiek van de Verenigde Naties. Een VN–konvooi wilde donderdag het door oorlog getroffen gebied verlaten, maar werd tegengehouden door Tamil Tijgers, een schending van internationaal recht. In een verklaring liet de VN weten dat het „het sterkst mogelijke protest” heeft overgebracht aan de LTTE.
Onlangs spraken hoge functionarissen binnen het leger al de verwachting uit dat de laatste verzetshaarden van de Tamil Tijgers in april opgerold moeten kunnen zijn. De LTTE heeft nog geen commentaar gegeven op de meest recente ontwikkelingen.
Het dagblad The New Straits Times meldde donderdag dat Velupillai Prabhakaran, de leider van de LTTE, mogelijk naar Maleisië is gevlucht. Veiligheidsinstanties in dit land zijn in opperste staat van paraatheid gebracht. Veel landen beschouwen de LTTE als een terroristische organisatie. Prabhakaran wordt er onder meer van verdacht opdracht te hebben gegeven voor een bomaanslag op de centrale bank in Colombo in 1996. Daardoor kwamen 91 mensen om het leven.