Ommekeer beurs niet te voorspellen
Na het rampjaar 2008 kenden de aandelenmarkten in het nieuwe jaar een positieve start. Mogelijk kijken sommige beleggers over de recessie heen en willen zij de boot niet missen. Voor een langdurig koersherstel moet echter eerst aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Dit lijkt niet snel te gebeuren. Voorlopig blijft terughoudendheid met beleggingen raadzaam.
De zwakke economische cijfers stapelen zich op en ondernemingen laten louter negatieve geluiden horen. Afgelopen week werd bekend dat Amerikaanse werkgevers in december maar liefst een half miljoen banen hebben geschrapt. In Europa is het vertrouwen in de economie bij consumenten en producenten tot recordniveau gedaald. Weliswaar bleek ook de inflatie sterk afgenomen, maar dit kan beter als een gevolg van de economische zwakte worden gezien dan als een reden voor positivisme.In het bedrijfsleven is de vraaguitval in alle sectoren waar te nemen. Autoproducenten melden sterk terugvallende verkopen, de omzet in de detailhandel daalt en in de financiële sector blijken nieuwe partijen in problemen te komen. De recessie, zo is duidelijk, is nog lang niet voorbij.
Hoe vreemd het ook klinkt, voor een herstel van de aandelenmarkt hoeft dat geen belemmering te zijn. Sinds de Tweede Wereldoorlog hervonden de aandelenkoersen vrijwel altijd de weg omhoog ruim vóór het einde van de recessie. Beleggers anticiperen op betere tijden en willen niet graag de boot van koersherstel missen.
Ook vanuit een oogpunt van marktwaardering valt er wat voor te zeggen om positiever over aandelen te worden. De aandelenkoersen zijn in de huidige bear market ongekend hard gedaald. Als de verwachte winsten voor het komende jaar worden afgezet tegen de koersen, zijn aandelen redelijk goedkoop. Is het slechte nieuws voldoende ingeprijsd en dus de bull market nabij (of al begonnen)? Zekerheid daarover is er natuurlijk niet, maar waarschijnlijk moet deze vraag ontkennend beantwoord worden.
Een langdurig koersherstel is onwaarschijnlijk zolang aan een aantal voorwaarden niet is voldaan. Allereerst dient het vertrouwen tussen banken onderling en tussen banken en hun klanten terug te keren. Dit is een voorwaarde voor een weer op gang komen van de kredietverlening en vervolgens de economische activiteit bij ondernemingen en gezinshuishoudens.
Een tweede voorwaarde is dat de herkapitalisatie van financiële instellingen doorgaat, waardoor het gevaar van debacles afneemt en de bancaire sector zijn centrale rol in de economie weer kan vervullen. Ten derde is het nodig dat de Amerikaanse woningmarkt stabiliseert en dat er zicht is op gunstigere hypotheekcondities. Als minder huizenbezitters met uitzetting worden bedreigd en rentebetalingen en aflossingen zekerder worden, zullen de diverse beleggingsproducten gebaseerd op deze hypotheken ook stabiliseren en de afwaarderingen bij banken stoppen.
Verder is het onwaarschijnlijk dat de aandelenmarkten een langdurig herstel inzetten zolang onduidelijk is hoe het bedrijfsleven wordt geraakt door de recessie. Het verleden leert dat de aandelenkoersen doorgaans twee tot drie kwartalen eerder de weg omhoog hervinden dan de bedrijfswinsten. Maar het is moeilijk om te anticiperen op een winstherstel waarvan aanvang en kracht zo onzeker zijn.
Een laatste factor van belang is het proces van deleveraging, het terugbrengen van de schuldposities van ondernemingen, consumenten en hedgefondsen. Dit gebeurt nu in rap tempo en kan nog lang duren. Met name de Amerikaanse consument zal nog jaren zijn besparingen opvoeren en zijn schulden terugbrengen. Wij verwachten niet dat een koersherstel op de aandelenmarkten pas zal plaatsvinden als hier een einde aan is gekomen. Maar op zijn minst zal de huidige deleveraging in kracht moeten afnemen. Zo ver is het nog niet.
Een ommekeer op de aandelenmarkten is bijna niet te voorspellen. De bovenstaande factoren vormen obstakels, waarvan er toch in ieder geval bij het merendeel sprake moet zijn van een duidelijke verbetering voordat een fundamenteel koersherstel kan inzetten. Voorlopig blijft het raadzaam om terughoudend te zijn met aandelenbeleggingen.
De auteur is werkzaam als beleggingsstrateeg bij Theodoor Gilissen Bankiers. Zijn bijdrage is geen aanbeveling of advies om effecten te kopen of te verkopen.