Reacties uit het Europees Parlement
De topmannen van het ruziënde Gazprom uit Rusland en het Oekraïense Naftogaz ontmoetten elkaar vandaag in het Europees Parlement in Brussel. Zowel Alexei Miller (Gazprom) als onderdirecteur Igor Didenko (Naftogaz) zou vandaag in de commissie buitenlandse zaken spreken, meldde het Parlement gisteren. Twee Europarlementariërs over de komst van de topmannen.
J. M. Wiersma (PvdA)
Ik begrijp niet dat een commercieel conflict tussen twee landen zo uit de hand loopt. Veel Europese landen hebben te kampen met de gevolgen ervan, terwijl Rusland onlangs nog garandeerde dat zij er geen last van zouden krijgen.”
B. Belder (SGP)
Het lijkt erop dat er weinig dialoog is tussen Rusland en Oekraïne, constateert Wiersma. „Verwijten klinken over en weer. De partijen hadden het conflict al in de zomer moeten oplossen. Nu lijden landen eronder die netjes voldoen aan de verplichtingen die in hun contract met Rusland staan.”
Wiersma denkt dat het voor het Europees Parlement moeilijk zal zijn een bemiddelende rol te spelen. „De contacten tussen Rusland en Oekraïne verlopen via een tussenbedrijf dat voor de helft eigendom is van het Russische Gazprom. Het is niet helder hoe het aan Oekraïense zijde zit. We vragen meer transparantie van de Oekraïeners. De ondernemers in dat bedrijf hebben kennelijk belang bij schimmige regelingen, zodat ze goedkoop gas duurder kunnen doorverkopen.”
Uiteindelijk zitten de Russische premier Poetin en president Medvedev achter het conflict, aldus Wiersma. „Zij willen de Oekraïense regering een lesje leren. Joesjtsjenko, president van Oekraïne, koos altijd een harde lijn tegenover Moskou.”
Rusland wil door dit gasconflict aan de Europese Unie duidelijk maken dat Oekraïne bij Rusland hoort, zegt Belder. „Het is meer dan een prijsoorlog; er spelen politieke motieven mee. Oekraïne moet zich van het Kremlin afzijdig houden van de Europese Unie en de NAVO.”
Belder is kritisch tegenover beide kemphanen in de gasstrijd. „De tussenpersoon tussen Rusland en Oekraïne is ondoorzichtig. Ik heb het idee dat er geld aan de strijkstok blijft hangen. Verder heb ik weinig vertrouwen in de Russische staat in economisch opzicht.”
De Europese Unie moet snel met een gezamenlijk Europees energiebeleid komen, aldus Belder. „Onze fractie is nooit te porren voor gezamenlijk beleid. Hier is het nodig om minder afhankelijk te worden van Rusland. In 2007 is daar in het Europees Parlement al een resolutie over aangenomen. Er zijn nu te veel bilaterale overeenkomsten met gasproducenten. De Europese lidstaten kunnen een gezamenlijke vuist maken en zich solidair tonen met de voormalige Oostbloklanden die nu erg afhankelijk zijn van Russisch gas.”
