„Iran aanstichter van controverse rond Gaza”
DAMASCUS – Het lijkt erop dat de huidige gebeurtenissen in de Gazastrook diepe verdeeldheid tot gevolg hebben in de Arabische wereld. Waarnemers zien achter de controverse vooral de machtsaanspraken van Iran opdoemen.
Op zaterdag 27 december begon Israël een aantal verwoestende luchtaanvallen op doelen in de Gazastrook, Palestijns gebied dat sinds vorig jaar zomer onder bewind van de Palestijnse terreurbeweging Hamas staat. Volgens Israël was het geweld een vergelding voor raketaanvallen door Palestijnse facties.
Rond de kwestie Gaza heeft zich inmiddels een as van landen gevormd, met Qatar, Syrië en Iran tegenover bepaalde andere Arabische landen – Egypte en Saudi-Arabië voorop.Zo verbaasden Arabische journalisten er zich de afgelopen dagen over dat veel demonstraties in Arabische landen niet zozeer tegen Israël waren gericht, als wel tegen de leiders in een land als Egypte. Boze tongen beweren dat men daar zelfs een zucht van verlichting zou slaken als Israël er inderdaad in zou slagen Hamas definitief uit te schakelen.
Vooral de positie van Egypte is uiterst precair, omdat de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, Tzipi Livni vorige week vrijdag in Caïro was en daar feitelijk de aanvallen op Gaza aankondigde.
In de Arabische wereld heerst ronduit woede over de houding van Egypte. „Israël zou Gaza nooit op deze manier hebben kunnen raken zonder medewerking van Egypte”, zei Hamdi Hassan, parlementslid van de moslimbroederschap in Egypte. De moslimbroederschap is de grootste oppositiebeweging in Egypte. Volgens Hassan werkt de Egyptische regering mee aan de aanval op Gaza in een poging Hamas uit te schakelen.
Sinds Hamas vorig jaar de macht in de Gazastrook overnam van de Palestijnse Autoriteit (PA), heeft zowel Israël als Egypte zijn grenzen met de enclave dichtgehouden. De afsluiting van de grens, samen met de neutralisatie van de vliegvelden en de zeehavens in de Gazastrook door Israël, isoleerde het gebied van de rest van de wereld en bracht het aan de rand van een humanitaire ramp.
Egypte stelt dat het de grens bij Rafah, het enige oversteekpunt in de 14 kilometer lange grens met de Gazastrook, niet kan openen omdat daarvoor de aanwezigheid van vertegenwoordigers van de Palestijnse Autoriteit en Europese waarnemers nodig is. Dat zou zijn vastgelegd in een trilaterale overeenkomst die in 2005 werd gesloten tussen Israël, de PA en de Europese Unie (EU). Critici verwerpen dit argument en zeggen dat er geen juridische grond is om de grens permanent gesloten te houden voor mensen en goederen. „Egypte heeft die overeenkomst, die na een jaar automatisch verliep, niet eens ondertekend”, zegt Hassan. „Er wordt eenvoudigweg een verouderde overeenkomst opgevoerd als excuus om Rafah gesloten te houden.”
Intussen zien waarnemers de zich verscherpende verdeeldheid in de Arabische wereld vooral veroorzaakt door een andere kwestie: de groeiende spanning tussen Egypte en Iran.
Het begon met verklaringen van hoge Iraanse politieke vertegenwoordigers die Egypte ervan beschuldigden mee te werken aan het isoleren en uithongeren van de Palestijnen in de Gazastrook. Vervolgens waren er ‘spontane’ demonstraties voor het gebouw van de Egyptische vertegenwoordiging in Teheran, waarbij Egyptenaren voor verraders werden uitgemaakt. De Egyptische minister van Buitenlandse Zaken, Abu Raith, ontbood daarop de Iraanse vertegenwoordiger in Caïro en deelde hem het diepe ongenoegen mee van de Egyptische regering.
De betogingen breidden zich daarna uit naar Damascus. Egyptische kranten openden daarop in redactionele stukken de aanval op zowel Iran als Syrië.
Politieke analisten in het Midden-Oosten zien de oplopende spanning tussen beide landen in een bredere context. Egypte en Iran vertegenwoordigen twee diametraal tegenstrijdige gezichtspunten ten aanzien van vrijwel alle zich in de Arabische wereld afspelende kwesties, van Palestina en Libanon tot Irak en Somalië.
Nabil Umru, de ambassadeur van de Palestijnse staat in Caïro, verklaarde dat de Palestijnse kwestie voor Iran onderdeel is van zijn buitenlandse agenda.
In de zomer van 2007 vond de scheuring plaats tussen de Palestijnse Hamas in Gaza en de Palestijnse Autoriteit op de Westelijke Jordaanoever. Sinds die scheuring is Iran steeds openlijker Hamas gaan steunen. Volgens waarnemers wil Iran langs deze weg zijn eigen agenda opleggen aan het Midden-Oosten: als kernwapenstaat-in-wording een sterkere positie bemachtigen tegenover een nieuwe Amerikaanse regering.
Egypte heeft daartegenover de rol van bemiddelaar voor de Palestijnen op zich genomen, en het wordt daarin gesteund door landen als Jordanië en Saudi-Arabië. Ook hen is het daarbij uiteindelijk niet om de Palestijnen zelf te doen, maar om Iran. Ze zijn namelijk bang dat een toekomstig nucleair Iran met behulp van kernwapens en met de inzet van door Teheran gesteunde groeperingen als Hamas en Hezbollah zijn wil dwingend gaan opleggen aan het Midden-Oosten.
Teheran wil met behulp van Hamas zijn positie in de regio versterken