Noodtoestand in zuidoosten Turkije opgeheven
In de overwegend Koerdische provincies Diyarbakir en Sirnak in het zuidoosten van Turkije werd zaterdag feestgevierd omdat de noodtoestand er na vijftien jaar is opgeheven.
Diyarbakir en Sirnak waren de laatste van de dertien Koerdische provincies van Turkije waar de noodtoestand nog gold. De opheffing van de noodtoestand in het Koerdische zuidoosten was een van de voorwaarden waaraan Turkije moet voldoen om te worden toegelaten tot de Europese Unie. De gouverneurs van de provincies waren op grond van de noodtoestand gemachtigd uitgaansverboden in te stellen, het leger in te zetten tegen demonstranten en bijeenkomsten te verbieden.
Dat de noodtoestand is opgeheven betekent niet per se dat het aantal militairen in het zuidoosten wordt teruggebracht. In de provincie Hakkari bijvoorbeeld, waar de noodtoestand sinds eind juli niet meer geldt, wordt nog altijd veelvuldig gepatrouilleerd door met machinegeweren uitgeruste pantservoertuigen en jeeps. Ook worden mensen die Koerdische dorpen en steden willen binnengaan door de politie ondervraagd.
„Ik denk niet dat er veel verandert. Het is niet meer dan een zogenaamde verandering”, zegt Dogan Genc van de onafhankelijke Turkse Mensenrechtenbond. „De aanwezigheid van het leger en de onderdrukking van de bevolking blijven gehandhaafd.”
Turkije hoopt dat de EU later deze maand op een top in Kopenhagen een datum vaststelt voor het begin van toetredingsonderhandelingen.