Likud-partij kiest nieuwe leider
Likud-leden kiezen donderdag hun leider. De drie kandidaten bij de voorverkiezingen zijn de huidige premier en Likud-voorzitter Ariel Sharon, de minister van Buitenlandse Zaken Benjamin Netanyahu en Moshe Feiglin. Volgens de opiniepeilingen zal Sharon met een meerderheid van ten minste 20 procent zijn rivaal Netanyahu verslaan.
De uiterst rechtse Moshe Feiglin, hoofd van de zogeheten Joodse Leiderschap Beweging, kan rekenen op niet meer dan een paar procent van de stemmen. In de jaren negentig leidde hij de Zo Artzenoe-beweging, die protesteerde tegen de Oslo-Akkoorden. Volgens hem hebben de linksen het land door het vredesproces naar rampspoed gevoerd. Er zou nu een nieuw leiderschap nodig zijn om Israël „uit de modder” te trekken.
Netanyahu, die premier was van 1996 tot 1999, zegt dat een stem voor hem een stem tegen een Palestijnse staat is. Ook heeft hij de kiezers beloofd de Palestijnse leider Yasser Arafat over de grens te zetten. Maar hij lijkt de strijd van gisteren te voeren: onder een deel van de Likud-leden bestaat momenteel de bereidheid een Palestijnse staat te accepteren. Ook Sharon gaat akkoord met een Palestijnse staat, mits deze klein is en aan restricties is onderworpen.
Sharon heeft zijn populariteit volgens peilingen te danken aan de betrouwbare indruk die hij wekt. De premier stelt zich in de verkiezingscampagne rechts van het midden op. Hij hoopt op deze wijze ook kiezers uit het politieke centrum te trekken, die momenteel niet op de linkse partijen willen stemmen vanwege het Oslo-debacle. Deze kiezers vinden dat Israël concessies aan de Palestijnen mag doen, maar niet voordat de golf van Palestijnse terreur is geëindigd. Ze achten Sharon geschikt als leider zolang de crisis in de veiligheid voortduurt.
Netanyahu en zijn supporters steken een beschuldigende vinger uit naar de Israëlische media. Deze zouden „een samenzwering” tegen Netanyahu hebben gesmeed ten gunste van Sharon. Netanyahu kon volgens opiniepeilingen vorig jaar nog rekenen op steun van een grote meerderheid in de Likud-partij. Maar hij liet toen zijn kans voorbijgaan: hij weigerde mee te doen aan de premierverkiezingen in 2000.
De winnaar van de Likud-verkiezingen van vandaag gaat de partij aanvoeren bij de landelijke verkiezingen op 28 januari 2003. Op die datum mogen de Israëliërs alleen een stem uitbrengen op een partij. Tijdens de verkiezingen in 1996 en 1999 mocht de Israëlische kiezer behalve voor een partij ook voor een premier stemmen. In 2001 bleef de Knesset bestaan en Israëliërs kozen alleen een premier. Vorig jaar heeft de Knesset de regeling van rechtstreekse verkiezingen voor premier ongedaan gemaakt.
Volgens de politieke wetenschapper dr. Reuven Hazan van de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem, was de dubbele stemmethode desastreus voor Israël. Het systeem, dat was bedacht door rechtskundigen van de universiteit van Tel Aviv, vormde een combinatie van een parlementair en een presidentieel systeem. Door deze mix werden de coalities in de afgelopen jaren instabiel.
De rechtstreeks gekozen premier was voor zijn coalitie namelijk afhankelijk van kleine partijen. Deze partijen, die gegroeid waren ten koste van de grote Likud- en de Arbeiderspartij, konden de premier makkelijk onder druk zetten. De coalities van de drie rechtstreeks gekozen premiers -Netanyahu, Barak en Sharon- vielen allemaal voortijdig uit elkaar.
Hazan verwacht niet dat de stabiliteit onmiddellijk zal terugkeren. Jonge kiezers en nieuwe immigranten zijn eraan gewend geraakt dat ze voor een partij en een premier kunnen stemmen. Dat heeft volgens hem tot gevolg dat de Likud- en de Arbeiderspartij voorlopig klein zullen blijven. „Nu er een van de stemmen weggenomen wordt van de kiezers, betekent dat niet dat ze automatisch naar de Likud- of de Arbeiderspartij zullen gaan”, aldus Hazan.
Als de nieuwe premier er niet in slaagt een coalitie te vormen die steunt op een ruime meerderheid van de 120 leden tellende Knesset, kunnen instabiele kabinetten ontstaan. Hij verwacht dat het kabinet dat volgend jaar aantreedt, niet de volledige vier jaar uit zal zitten. De Israëliërs zijn volgens Hazan zich er ook nog onvoldoende van bewust dat ze in januari slechts één stem kunnen uitbrengen.
Die opiniepeilingen laten tot nu toe zien dat de Likud-partij ver voorligt op de Arbeiderspartij. Hazan legde de verantwoordelijkheid hiervoor bij de Palestijnse leider Yasser Arafat, die toestond dat er een terreurcampagne tegen Israël werd gevoerd. „Arafat heeft het vredeskamp in Israël onthoofd en de Arbeiderspartij vernietigd”, aldus de wetenschapper. Sharon zal volgend jaar opnieuw een kabinet van nationale eenheid willen vormen, maar Mitzna, leider van de Arbeiderspartij, zal daar naar verwachting geen deel aan willen nemen.