Na Nederland volgen Zweden, Noorwegen, Denemarken en Ierland op de lijst. Voor het eerst is nu ook Zuid–Korea opgenomen. Het Aziatische land staat onderaan en verdringt daar nu Japan van de laatste plaats. Dat land stond jarenlang onderaan de lijst. De Verenigde Staten staan op de zeventiende plaats.De denktank uit Washington kijkt niet alleen naar ontwikkelingsgeld, maar ook naar handel, investeringen, milieu, veiligheid, technologie en migratie. Met name op het punt van migratie, handel en milieu is er ook kritiek op Nederland.

Buitenlandse studenten moeten te veel collegegeld betalen, er komen weinig migranten uit ontwikkelingslanden binnen, de landbouwsubsidies en de invoerrechten op landbouwproducten zijn te hoog en Nederland stoot teveel broeikasgassen uit. Bovendien moet Nederland nog steeds de tweede fase uitvoeren van een verdrag tegen omkoping en er is kritiek op het verstrekken van met octrooien te vergelijken eigendomsrechten aan ontwikkelaars van datacompilaties opgebouwd met gegevens uit het publieke domein.

Maar directeur Nancy Birdsall van het Center for Global Development is wel te spreken over de Nederlandse ontwikkelingshulp. Die gaat voornamelijk naar arme landen die een redelijke mate van goed bestuur hebben en waar weinig corruptie is, zei zij maandag. Minister Koenders (Ontwikkelingssamenwerking) is blij met het rapport. „We zijn op de goede weg. Ik zal de resultaten gebruiken", zei de minister die werkt aan de zogenoemde „modernisering" van ontwikkelingshulp.