Dat stelt de Onderwijsraad in een vrijdag uitgebracht advies geschreven op verzoek van minister Plasterk van OCW.De grote zorg van de Onderwijsraad, die hij de achterliggende jaren al regelmatig uitsprak, is dat het onderwijsaanbod in Nederland steeds eenzijdiger wordt door het voortdurend fuseren van scholen. Ouders hebben soms weinig meer te kiezen. In bepaalde regio’s zijn zo veel scholen gefuseerd dat er in de wijde omtrek nog maar één schoolbestuur over is.

Fusies en schaalvergroting schaden niet alleen de keuzevrijheid van ouders, maar hebben vaak ook negatieve gevolgen voor de kwaliteit van het onderwijs. Schoolbesturen komen op grote afstand te staan, de lokale samenleving heeft weinig binding meer met de school in de buurt en leerlingen ’verdrinken’ in de massaliteit van de scholengemeenschap.

De raad wil daarom dat ouders gemakkelijker een school kunnen stichten, dan wel dat het voor ouders en docenten mogelijk moet word uit een megaschool te stappen en zelf opnieuw te beginnen. Dat zou betekenen dat het minimumaantal leerlingen dat nodig is om een school te kunnen starten, omlaag wordt gebracht.

De Onderwijsraad is bovendien voorstander van en een zogeheten fusietoets. Dat betekent dat fusieplannen van scholen voortaan eerst getoetst moeten worden door de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa). Een dergelijke fusietoets, waar ook de Tweede Kamer voorstander van is, is vandaag onderwerp van bespreking in het kabinet.