Toekomst bauxietindustrie Suriname onzeker
De Surinaamse regering is naarstig op zoek naar een oplossing om de bauxietindustrie in het land, een van de belangrijkste economische pijlers, overeind te houden. Enkele weken geleden kondigde ’s werelds grootste mijnbouwer, BHP Billiton, aan eind 2010 met zijn activiteiten te stoppen.
Andere buitenlandse internationals willen de opengevallen plaats graag innemen, maar het liefst gaat de staat zelf een actieve rol spelen. Voor de duizenden mensen die afhankelijk zijn van de bauxietwinning en -verwerking zijn het onzekere tijden.Bauxiet heeft Suriname in de vorige eeuw de nodige welvaart gebracht. In de negentiende eeuw werd grond van een oude suikerplantage gebruikt om de wegen in Paramaribo te verharden. Pas in 1899 werd ontdekt dat het om bauxiet ging, een mineraal dat een belangrijk erts van aluminium vormt. Sinds 1922 wordt bauxiet gewonnen en verwerkt of geëxporteerd. Suralco, onderdeel van het Amerikaanse Alcoa, en het Zuid-Afrikaanse Billiton, leveren sinds decennia als verantwoordelijke mijnbouwers en aluinaardeverwerkers een zeer substantiële bijdrage aan de staatskas.
Billiton is sinds 1940 actief in Suriname. Maar de bauxietvoorraden in de kuststrook zijn over twee jaar uitgeput. Jarenlang zijn met Billiton gesprekken gevoerd om, al dan niet samen met Suralco, de exploitatie van bauxiet in het Bakhuysgebergte ter hand te nemen. In dit gebied, zo’n 400 kilometer ten zuidwesten van de hoofdstad Paramaribo, diep in de jungle, ligt volgens verschillende onderzoeken minimaal 300 miljoen metrieke ton bauxiet te wachten.
De onderhandelingen met Billiton liepen vorige maand echter stuk. Volgens minister Andy Rusland van Natuurlijke Hulpbronnen omdat het bedrijf onredelijke eisen stelde; volgens de directie van Billiton vanwege de halsstarrige houding van de Surinamers. De regering weigerde onder meer Billiton een concessie van ruim 30.000 hectare in het Bakhuysgebergte te geven.
Door het op handen zijnde vertrek van Billiton staan zeker 1100 banen op de tocht. De eerste klappen zijn al gevallen, want Billiton heeft per direct de voorbereidende activiteiten in het Bakhuysgebied gestopt en tachtig werknemers naar huis gestuurd. Ook onder toeleveranciers wordt gevreesd dat arbeidsplaatsen verloren gaan.
De Surinaamse regering verzekert echter dat er geen reden is tot paniek, omdat andere multinationals in de rij zouden staan om de activiteiten van Billiton over te nemen en voort te zetten. Negen jaar geleden meldde de Franse maatschappij Pechiney zich. Het bedrijf tekende zelfs een intentieverklaring met de regering en zegde toe ruim 1 miljard euro te zullen investeren. De onderhandelingen raakten kort daarna in het slop.
In het afgelopen jaar klopten ook de staatsbauxietmaatschappij China Aluminium Company (Chalco) en het Zwitserse Glencore op de Surinaamse deur. Minister Rusland heeft aangegeven vooral in de Zwitsers een serieuze kandidaat te zien, maar heeft ook de directie van Chalco uitgenodigd voor een gesprek.
Bovenal ziet de bewindsman het vertrek van Billiton als een kans voor Suriname om de eigen ontwikkeling ter hand te nemen door het opzetten van een eigen aluminiumbedrijf, Alumsur. Deze staatsonderneming moet in de toekomst met Suralco en andere spelers de bauxietwinning en -verwerking ter hand nemen, zodat ook de staatskas daar meer dan ooit tevoren van mee kan profiteren. Alumsur zou ook de 45 procent van de aandelen in de aluminiumraffinaderij te Paranam, die nu nog in het bezit zijn van Billiton, moeten overnemen. De overige aandelen zijn en blijven vooralsnog in handen van Suralco. Ook president Ronald Venetiaan is optimistisch. „Ik ben ervan overtuigd dat we als volk voor hetere vuren hebben gestaan en in staat zullen zijn ook nu weer oplossingen te vinden. De regering zal alle opties bekijken, in Suriname en in de wereld, voor het ontwikkelen van West-Suriname.”