Drie dagen doldrieste decadentie
Amsterdam staat drie dagen bol van de decadentie. Miljonairs uit binnen- en buitenland strijken neer op de Miljonair Fair. De eerste huishoudbeurs voor de puisant rijken. Een zwaar verwend evenement.
Exclusieve limousines, kostbare juwelen, luxe horloges. Het kan deze dagen niet op in de Passenger Terminal Amsterdam aan het IJ. Organisator en hoofdredacteur van het centimeters dikke, glossy magazine Miljonair, Yves Gijrath, trekt alles uit de kast om zijn doelgroep in de watten te leggen.
Geen bitterballen, maar sushiband. Geen Opels, maar Bentley’s. Geen chateau migraine, maar Mondavi. Juwelen in plaats van piercings, Canali Fashion in plaats van trainingspakken. „Deze beurs moet een driedimensionale editie van ons magazine zijn”, vertelt Gijrath. Gasten gekleed in Chanel met Cartier, gewapend met een glaasje Johnnie Walker Blue Label. Kaviaar, champagne en hier en daar een witte truffel.
De golvende terminal, met architectuur van internationale allure, vormt het decor voor de drie dagen decadentie. De bezoeker komt via een dikke rode loper binnen. Twee Maserati’s, een Lamborghini, een Rolls en een Bentley vormen de blikvanger. Voor Hessing uit De Bilt kan de fair niet meer stuk. „Die Rolls is net verkocht.”
Een ouder heerschap loopt keurend om de onafgeschermde auto’s. Bij dit publiek kan dat. Zo te zien zit hij er warmpjes bij. „Klopt”, zegt hij. „Ik werk bij de stadsverwarming in Amsterdam. Dit gebouw is daar ook op aangesloten.” Is hij miljonair? „Vraag dat maar aan de Belastingdienst.”
Jan Modaal is niet welkom op de beurs. Miljonair Fair-gasten dienen zich te houden aan de dresscode: tenue de ville. Stadskleding (cq. wandeltoilet) van goedzittende zwarte, donkergrijze of donkerblauwe pakken. Jacquet kan niet, of de bezoeker moet na zes uur ’s avonds zijn uitgenodigd.
Het publiek is sjiek-de-friemel. Gedistingeerde heren in stemmige kostuums, opgedirkte dames in bontkragen. Leren broeken, leren rokken. Toch passeert ook een spijkerbroek–met-kolbertje-zonder-strop ongehinderd de butlers bij de ingang. Het vrouwelijk publiek dingt mee naar de titel best geklede gast op de beurs. Waarom dames daarbij opeens opvallend weinig aantrekken is een raadsel.
J. C. L. van Dongen staat met zijn vrouw aan het buffet muntjes te kopen. Muntjes voor een consumptie. Een miljonair betaalt zijn cappucino nu eenmaal niet cash. De Rotterdamse expediteur in ruste behoort tot de doelgroep. „Jaja”, aarzelt hij, „dat kun je wel zeggen.” Met enige tegenzin komt het hoge woord eruit. „Ik ben miljonair.”
Hij voelt zich duidelijk thuis tussen de jetset. „Je kunt hier tenminste jezelf zijn. Ik hoef me hier niet te schamen dat ik dertig, veertig jaar hard voor mijn geld heb gewerkt. Het was mijn doel miljonair te worden. Dat is gelukt.”
Wat hem naar de beurs trekt, weet hij eigenlijk niet. „Je ziet hier heel mooie dingen. Exclusieve dingen. Dat spreekt me aan. Verder is het voor veel bezoekers toch een kwestie van laten zien dat je erbij hoort.” Ook voor hemzelf? „Eh… ja, toch wel”, geeft hij eerlijk toe.
Van Dongen haalt zijn schouders op. „Mijn vrouw heeft het naar d’r zin. Dan vind ik het allang goed.” Het echtpaar maakt er een dagje Amsterdam van. „Vannacht slapen we in het Amstel-hotel”, giechelt vrouwlief. „Vijf jaar geleden, op mijn verjaardag, hebben we dat ook gedaan.”
Miljonair Fair mikt in gedurende drie dagen op 15.000 bezoekers. „Alle kaarten waren op voorhand uitverkocht”, zegt organisator Yves Gijrath tevreden. Volgend jaar zet hij weer een beurs op. Nog grootser. „Ik heb al zeventig visitekaartjes uit het buitenland van mensen die volgend jaar willen meedoen.”
Wat is de doelgroep?
„Gefortuneerde mensen. We richten ons echt niet alleen op miljonairs.”
Hebt u geen moeite met zoveel materialisme?
„Ik ga die discussie niet aan. Daarmee begeef je je op het vlak van de politiek. Van kapitalisme, communisme. Dat is mijn taak niet.”
Kunt u zich voorstellen dat er mensen zijn die moeite hebben met zo’n happening?
„Ik kan me indenken dat mensen met weinig geld hier problemen mee hebben. Ik ben ondernemer, ik kan het niet iedereen naar de zin maken. Vergeet niet hoeveel mensen ik met zo’n beurs aan werk help. Taxi’s maken overuren, hotels zitten vol.”
De beurs staat in schril contrast met zoveel bittere armoede in de wereld
Aarzelend: „Moet ik me daarmee bezig houden? Er is al zoveel ellende in eigen land. Pas heb ik op een bijeenkomst 250.000 euro voor Ghana opgehaald. Maar dat vertel ik niemand.”
Twee Friese vrouwen stappen over de rode loper naar binnen. Ook miljonair? „Jazeker”, reageert mevrouw Bourguignon uit Leeuwarden resoluut. „Ik ben gezond. Als je gezónd bent, ben je miljonair.”