De manschappen van het Rahanwein Verzetsleger van kolonel Hassan Mohamed Nur Shargudud trokken zich volgens afspraak terug naar een dorpje op 25 kilometer ten oosten van Baidoa, die van sjeik Adan Madobeh naar een dorpje op 25 kilometer ten westen van de stad.

Het Rahanwein Verzetsleger, dat wordt gesteund door Ethiopië en een tegenstander is van de in 2000 ingestelde overgangsregering, beheerst de regio’s Bay en Bakol. Madobeh is een van twee voormalige medewerkers van Shargudud die in juli tegen de krijgsheer in opstand kwamen.

Zowel Shargudud als Madobeh woont in het buurland Kenya een conferentie bij waar de leden van de zwakke overgangsregering en meer dan twintig krijgsheren praten over beëindiging van de strijd in Somalië. Op 27 oktober hebben de deelnemers, onder wie Shargudud, afgesproken voor de duur van het overleg, dat maanden in beslag kan nemen, de wapens neer te leggen en een nieuw systeem van federaal bestuur op poten te zetten. Madobeh, die zich pas later bij het overleg, voegde, heeft de overeenkomst getekend, maar niet met Shargudud overlegd over de strijd in Baidoa.

In Puntland, een semi-autonome regio in het noordoosten van Somalië, zijn zes personen aangehouden wegens het invoeren van nieuwe Somalische bankbiljetten ter waarde van 29,9 miljoen shilling (1,5 miljoen euro), heeft de politie donderdag bekendgemaakt. Een woordvoerder zei dat het geld van overzee was binnengekomen en dat onder de smokkelaars enkele leden waren van de regering van Puntland.

Sinds het regime van Mohamed Siad Barre in 1991 ten val kwam heeft Somalië feitelijk geen regering en financiële instellingen meer. De laatste keer dat er officieel bankbiljetten zijn gedrukt was in 1990. De afgelopen acht jaar hebben krijgsheren en zakenlieden bankbiljetten het land in gebracht die in Canada, en sinds kort Indonesië worden gedrukt. De Somaliërs accepteren deze als geldig betaalmiddel, maar in Puntland, dat sinds 1998 zelfbestuur heeft, is alleen de regering gemachtigd nieuw geld te introduceren.