„Kerkelijk zwerven zeer slecht voor opvoeding”
APELDOORN - Met de kinderen van de ene naar de andere kerk zwerven is zeer slecht voor de opvoeding. „Waar de hoeksteen een zwerfsteen wordt, loopt het hele gebouw gevaar om in te storten”, aldus ds. J. Westerink.”
De christelijk gereformeerde predikant op Urk sprak zaterdagmorgen op het jubileumcongres van reformatorisch gezinsblad Terdege. Het blad, dat deze maand 25 jaar bestaat, organiseerde deze bijeenkomst ter afsluiting van een serie artikelen onder de naam “Een bedreigde hoeksteen, het christelijke gezin in de 21e eeuw.”De predikant refereerde over het onderwerp “Verbonden met de kerk” en hield de meer dan honderd aanwezige ouders voor dat het goed is eerst de hand in eigen boezem te steken als het niet botert met de kerkgang. „Raakt het inderdaad de prediking of gaat het om bijzaken?”
Ds. Westerink benadrukte het belang van een vroege kerkgang. „De winst van crèches is niet alleen is dat ouders tweemaal per zondag naar de kerk kunnen gaan, maar ook dat de kinderen ermee vertrouwd raken. De kerk is een zaak van het hele gezin, de kinderen horen erbij.”
Kindernevendiensten zijn volgens de Urker predikant onjuist. „Daardoor gebeurt het dat kinderen pas na hun twaalfde jaar meegaan naar de kerk en gewend moeten raken aan een gewone kerkdienst.”
Hij besefte dat de kerkelijke verschillen jongeren in verwarring kunnen brengen. „Ze ontdekken dat er ook buiten de kring echt gelovigen te vinden zijn. Wat is het dan belangrijk een luisterend oor te hebben en eerlijk te erkennen dat de Heere gelukkig zijn kerk ook vergadert buiten onze eigen kring.”
De globalisering raakt de verbondenheid met de kerk. „De Heere vergadert zijn kerk wereldwijd. Dat moeten onze kinderen en jongeren weten en daarbij moeten ze van hun ouders leren om door culturele verschillen en uiterlijke zaken heen de kern van het christelijke geloof te ontdekken. Overigens zonder de waarde van meegekregen tradities te miskennen.”
Dr. S. D. Post, eigenaar van een adviesbureau op het terrein van coaching en mediation, sprak over communicatie in het gezin. Volgens Post ontstaan er, al dan niet bewust, snel verwarring in de communicatie tussen enerzijds de ouders zelf en anderzijds in de richting van hun kinderen. Hij adviseerde echtparen om veel samen te praten en de verschillen in gedrag van elkaar te accepteren en te benoemen. „Vraag je steeds af of je een lieve man voor je vrouw bent of een lieve vrouw voor je man.”
Met de kinderen is er vaak sprake van het uitwisselen van meningen, zonder echt in gesprek te gaan. „Er wordt dan niet geluisterd naar argumenten of verder doorgevraagd.”
Hij meende dat het verstandig is om af en toe af te stappen van het geijkte ouderpatroon en te kiezen voor de volwassenenrol. „Heb aandacht, wees nieuwsgierig en probeer met open vragen te onderzoeken wat er in het hoofd van je kind omgaat. Dat hoeft niet elke avond, maar vraag je wel af wanneer je voor het laatst echt gesprek met je kind hebt gehad.”
In de middaguren waren er workshops onder leiding van ds. K. Hoefnagel (Leven met de Bijbel), W. Büdgen (Tussen computers en mobieltjes), drs. S. Brons-van der Wekken (Ruimte door regels), drs. J. van Mourik (Onderwijs voor de eeuwigheid), drs. E. de Bruijn (De reformatorische boekenkast), en dr. W. Fieret (Opvoeden vroeger en nu).