De Dow Jones Average viel met 184,77 punten (2,11 procent) naar 8586,24. De bredere Standard & Poor’s-500 verloor 21,11 punten (2,29 procent) en sloot af op 902,65, terwijl de Nasdaq-Composite 42,28 punten (2,98 procent) verloor en de dag eindigde op 1376,71 punten.

„De agressieve renteverlaging van de Federal Reserve (Fed) eerder deze week veroorzaakt onrust. Veel beleggers zijn bang dat de Fed bang is voor serieuze economische problemen. Daarom namen zij een defensieve positie in en verkochten”, aldus Stephen Roach, chef-econoom van Morgan Stanley.

Tegenover deze zorgen staan enkele positieve cijfers. Het ministerie voor Werkgelegenheid in Washington maakte donderdag bekend dat de arbeidsproductiviteit in het derde kwartaal is gestegen met 4 procent in vergelijking met hetzelfde kwartaal vorig jaar. Dat is een beduidende verbetering in vergelijking met de stijging van 1,7 procent in het tweede kwartaal.

Verder maakten enkele grote ketens stijgende verkoopcijfers bekend over oktober. GAP noteerde een stijging van 11 procent tegenover september; dat overtrof verre de marktverwachting van plus 0,6 procent. Ketens zoals Wal-Mart, Kohl’s en J. C. Penny noteerden ook stijgende verkoopcijfers, die volgens analisten te danken zijn aan het koudere weer waardoor mensen vroeger nieuwe winterkleren kopen.

De arbeidsmarkt vertoonde enige ontspanning. Vorige week daalden de aanvragen voor werkloosheidsondersteuning tot 390.000. Daar staat tegenover dat er nauwelijks nieuwe mensen worden aangenomen. „Het banenverlies neemt af, maar bedrijven hebben nog te weinig vertrouwen in de toekomst om hun productie op te voeren en daarvoor nieuwe werkkrachten aan te nemen”, zo meent Joel Naroff van het gelijknamige economisch adviesbureau in Washington (DC). Daar staat tegenover dat het uurloon voor industriearbeiders in het derde kwartaal steeg met 4,8 procent voor correctie voor inflatie.