Shell wil vleugels uitslaan in China
Shell is in onderhandeling met partner China National Offshore Oil Company (Cnooc) over de bouw van het 4 miljard dollar (4 miljard euro) kostende petrochemisch complex in Nanhai. Waarschijnlijk worden daarover vrijdag knopen doorgehakt. Het is de bedoeling dat het complex de „snelgroeiende” binnenlandse markt gaat beleveren.
„Samen met eerdere aankondigingen over ontwikkelingen in upstream-gas, mogelijkheden voor een netwerk van tankstations en de levering van LNG (vloeibaar gemaakt aardgas) aan een terminal in Guangdong versterkt dit de strategie van Shell om een grote, geïntegreerde positie te verwerven op de Chinese markten”, aldus het Nederlands-Britse olieconcern in Het Financieele Dagblad.
Het bedrijf maakte donderdag bekend in het derde kwartaal een winst te hebben geboekt van 2,241 miljard dollar (2,2 miljard euro). Dit resultaat, op basis van geschatte actuele kosten en exclusief bijzondere posten, ligt 17 procent lager dan dat van een jaar geleden.
Het resultaat is iets beter dan de gemiddelde verwachting van analisten. Hun prognoses zaten tussen de 1,9 miljard dollar en de 2,4 miljard dollar. Inclusief bijzondere posten kwam de nettowinst uit op 2,631 miljard dollar. Dat is 7 procent hoger dan een jaar geleden. De omzet bedroeg 48,9 miljard dollar. Dat is -voornamelijk door acquisities- 50 procent hoger dan een jaar geleden. De cijfers werden op de Amsterdamse effectenbeurs goed ontvangen.
De winstdaling met 17 procent ten opzichte van het derde kwartaal 2001 werd volgens het concern vooral veroorzaakt door lage raffinagemarges en hogere belastingen in Groot-Brittannië. Die omstandigheden, en de zwakkere vraag naar brandstoffen door de kwakkelende wereldeconomie, drukten het profijt van de 9 procent hogere olie- en gasproductie en de hogere olieprijzen.
De hogere productie was overigens vooral het gevolg van de overname van het Britse olieconcern Enterprise. Op eigen kracht kwam de productiestijging van Koninklijke/Shell Groep uit op 2 procent. Shell houdt vast aan de eerder gedane prognose van een jaarlijkse productiegroei van 3 procent tot 2005. Eerder deze week ging de koers van de Britse oliemaatschappij BP onderuit toen het bij de presentatie van de kwartaalcijfers de productiegroei voor dit jaar bijstelde van 4 naar 3 procent.
De olieprijs bedroeg in het derde kwartaal gemiddeld 26,90 dollar per vat tegen 25,30 dollar een jaar geleden. Shell noemt de vooruitzichten voor de olieprijzen bijzonder ongewis, onder andere omdat het tempo van het economisch herstel en de politieke ontwikkelingen in het Midden-Oosten zich niet laten voorspellen.
Net als Shell meldde concurrent BP al een winstdaling (met 13 procent) onder druk van lage raffinagemarges. Shell rapporteert voor Rotterdam (Pernis) een marge van 1 dollar per vat tegen 1,10 dollar per vat in het derde kwartaal vorig jaar. In de Verenigde Staten liep de marge nog sterker terug van 3,65 dollar naar gemiddeld 2,45 dollar per vat. Volgens het concern zouden de raffinagemarges in het vierde kwartaal kunnen verbeteren bij een toenemend aanbod van ruwe olie.
Exxon, ’s werelds grootste olieconcern, zag net als Shell zijn nettowinst in het derde kwartaal met 17 procent zag dalen, naar 2,64 miljard dollar, maar dit was een grotere daling dan verwacht. De aandelenkoers verloor enig terrein op dit nieuws. ChevronTexaco maakte donderdag zelfs een verlies van 904 miljoen dollar bekend, tegen een winst van 1,17 miljard dollar vorig jaar.