„Vrijwilligers aan de slag in tijd van baas”
Werknemers moeten ook in de tijd van hun baas vrijwilligerswerk kunnen doen. In cao’s of in de wet moet dat worden geregeld.
Dat bepleit Marius Ernsting, voorzitter van de vereniging Nederlandse Organisaties Vrijwilligerswerk. Hij denkt aan een uur of twee per week.Ernsting is bang dat mensen straks steeds minder tijd hebben voor vrijwilligerswerk. Het kabinet wil dat honderdduizenden mensen extra aan het werk gaan. Ook moeten mensen langer blijven doorwerken. Anders zijn de gevolgen van de vergrijzing niet op te vangen. Maar naar de effecten daarvan op het grote leger vrijwilligers in Nederland wordt niet gekeken.
„Ongeveer 4 miljoen mensen doen vrijwilligerswerk. Dat aantal blijft redelijk constant”, aldus Ernsting. „Maar de hoeveelheid tijd die zij eraan besteden, loopt wel terug. Een paar jaar geleden was het nog gemiddeld vijf uur per week, nu is het vier.” Hij vreest dat het al snel terugloopt naar drie uur.
„Als al het vrijwilligerswerk zou worden vervangen door betaald werk, dan kost dat 18 tot 20 miljard euro per jaar. In de praktijk is dat niet te verwezenlijken, maar het geeft wel de economische waarde aan van het werk dat vrijwilligers doen”, zegt Ernsting.
De organisaties die op vrijwilligers draaien, merken volgens hem al dat meer vrouwen zijn gaan werken en dat er veel meer tweeverdieners zijn. „Het werven van vrijwilligers is niet het grootste probleem. Maar het wordt moeilijker ze vast te houden.”
Als vrijwilligers wegvallen, zal in elk geval een deel van hun werk door betaalde krachten moeten worden overgenomen, betoogt Ernsting. Zo is van de 27.000 brandweerlieden die Nederland telt, 80 procent vrijwilliger. Ook de zorg kan niet zonder het werk van de vrijwilligers. Veel oma’s en opa’s passen op hun kleinkinderen. Gemiddeld doen zij dat vijf uur per week. Hebben zij minder tijd omdat zij langer blijven werken, dan zijn er professionele krachten nodig om die kinderen op te vangen.
Dat de arbeidsdeelname omhoog moet om problemen in de toekomst te voorkomen, staat ook voor Ernsting buiten kijf. Maar om ongewenste effecten op het vrijwilligerswerk te voorkomen, moet er wel iets gebeuren. „Regel dat werknemers in een klein deel van de tijd van hun baas vrijwilligerswerk kunnen doen. Mogelijk gekoppeld aan inzet in hun eigen tijd.” Sommige bedrijven hebben al zo’n regeling, maar Ernsting wil dat het op grote schaal wordt opgepakt. „Ik wil daar niet alleen de werkgevers en werknemers op aanspreken, maar ook minister Donner (Sociale Zaken).”