Advocaat Dutroux: „Klacht niet ontvankelijk”
De advocaat van Marc Dutroux, hoofdverdachte uit het Belgische zedenschandaal van 1996, vindt dat er geen eerlijke rechtszaak tegen zijn cliënt meer mogelijk is. Doordat een parlementaire onderzoekscommissie zich in 1998 al uitsprak over de zaak is Dutroux volgens raadsman Pierre al publiekelijk schuldig verklaard.
Pierre vroeg tijdens een zitting van de raadskamer van het parket van het Waalse Neufchâteau daarom de zaak niet ontvankelijk te verklaren. De raadkamer moet volgende maand oordelen of een juryrechtbank de zaak mag behandelen.
De raadsman vindt dat bij een eventuele rechtszaak er geen jury over de schuldvraag moet oordelen. Door de vele publiciteit kunnen burgers die in een jury zitting moeten nemen geen onafhankelijk oordeel meer vellen, meent de advocaat. Hij pleit voor behandeling door een speciale rechtbank van beroepsrechters.
Voorafgaand aan het besluit om de zaak door te verwijzen naar een juryrechtbank, krijgt Dutroux volgende maand zelf ook nog spreekrecht. De raadkamer moet tevens besluiten of de Brusselse zakenman Nihoul, die lange tijd in verband met de zaak-Dutroux in voorarrest zat, ook terecht moet staan voor het zedenschandaal. De verschillende juridische instanties in België zijn het onderling niet eens over zijn betrokkenheid.
Dutroux’ advocaat kan nog in beroep gaan tegen de uitspraak van de raadkamer. Daardoor is het zo goed als zeker dat de feitelijke rechtszaak tegen Dutroux op zijn vroegst eind volgend jaar, na de Belgische Kamerverkiezingen van juni 2003, plaats kan vinden.