Kerk & religie

Gewoon gereformeerd in Grootegast

De plaatsnamen in de omgeving zijn niet altijd standaard: Gaarkeuken, Grootegast. Het landschap is prachtig: kleine percelen, omzoomd door houtwallen, mooie natuurgebieden en kleine dorpen. En van die plaatsen in de zak van Groningen is Sebaldeburen.

Jan van Reenen
10 July 2008 10:40Gewijzigd op 14 November 2020 06:05
Naast de hervormde kerk in Sebaldeburen staat het houten verenigingsgebouw Irene, donkergroen geschilderd, met witte kozijnen en een aluminium pannendak. Foto’s RD, Anton Dommerholt
Naast de hervormde kerk in Sebaldeburen staat het houten verenigingsgebouw Irene, donkergroen geschilderd, met witte kozijnen en een aluminium pannendak. Foto’s RD, Anton Dommerholt

Naast de roodstenen hervormde kerk, met een begraafplaats eromheen, staat het houten verenigingsgebouw Irene. Het is donkergroen geschilderd, met witte kozijnen en een aluminium pannendak.Voor het gebouw staan ds. J. Hoorn en ouderling H. H. Noordhof. Samen met ouderling W. A. van Andel en H. J. Hoorn, ouderling met diaconale taak, vormen ze de kerkenraad van de zelfstandige gereformeerde kerk te Grootegast.

Zondags kerken ze in het verenigingsgebouw, dat ze huren van de hervormde gemeente. Dan staan er zo’n veertig stoelen in vijf rijen, drie aan de ene kant van het middenpad en vijf aan de andere kant, om de eenvoudige kansel geschaard. Die is afkomstig uit een lutherse kerk in Den Haag. De preekstoel is twee jaar geleden op de kop getikt toen de gemeente vanuit een restaurant in Grootegast, waar zij twintig jaar lang op zondag kerkte, naar Irene in Sebaldeburen verhuisde.

Rechts van de preekstoel staat een Johannusorgel. Tijdens de morgendienst staat een Bijbelgedeelte centraal; ’s middags wordt vanuit de Heidelbergse Catechismus gepreekt. „We volgen de gewoonten van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, zoals die er vanaf het begin waren”, zegt ds. Hoorn. „Dat betekent dat we de Bijbelvertaling van 1951 gebruiken, de Psalmen van 1773 zingen en gebruikmaken van de dezelfde formulieren als in de dagen van de Vrijmaking in 1944.”

De predikant heeft zijn wortels in deze kerk en ziet de Vrijmaking in de lijn van Reformatie en Afscheiding. Als de dag van gisteren herinnert hij zich het moment dat het in de kerk van Grootegast geen vrede was en dat hij op 15 februari 1985 werd afgezet, omdat hij zich niet kon verenigingen met de besluiten van de synode van Heemse. Een tijd lang is er bij de kerkenraad nog verweer gevoerd tegen de uitspraken van de synode. Intussen werd men uitgesloten van het deelnemen aan de sacramenten.

Begin 1986 hebben de predikant en zijn medestanders zich afgescheiden. Van deze daad geven ze rekenschap in een Akte van Afscheiding of Wederkeer, zoals ook de gemeente van Ulrum deed in 1834.

„Wat beschouwd werd als het werk van God, namelijk de Vrijmaking, wordt nu niet meer zo gezien”, aldus ds. Hoorn. „In artikel 28 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis gaat het om het afscheiden van degenen die niet van de kerk zijn. God heeft de Vrijmaking gewerkt. Daar moet men niet achter terug willen. Je moet niet terechtkomen bij pluriformiteit en zeggen dat allerlei kerken een beetje gelijk hebben.”

Ouderling Noordhof is dezelfde mening toegedaan en wijst erop dat de belijdenis in artikel 27-32 enkelvoudig van de kerk spreekt: het gaat steeds om dezelfde kerk. Ze geeft daar geen ideaalbeeld, aldus de ouderling, maar belijdt gewoon de kerk, de heilige algemene christelijke kerk.

Of hij er geen behoefte aan heeft om terug te keren tot de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt? „Als je daar met mensen spreekt, weten ze je wel te zeggen hoeveel er bij hen is veranderd en verwaterd. Helaas, ze beseffen niet waar de oorzaak ligt van die achteruitgang.”

De predikant merkt daarbij op dat de uitspraken van Heemse in 1984 hun uitwerking niet missen, evenmin als de uitspraken van Utrecht in 1943/1944 dat deden in de toen „synodaal gebonden” kerken.

Voelen ze zich niet aangetrokken tot de bevindelijk gereformeerden? Ds. Hoorn: „De bevindelijk gereformeerden lijken meer te willen dan alleen de belofte van het Evangelie, waardoor wij kinderen van God zijn. Een mens moet niet bevindelijk gereformeerd zijn, hij moet gereformeerd zijn.”

Dit is het tweede deel in een serie over christelijke geloofsgemeenschappen in Nederland. De serie verschijnt naar aanleiding van de recente publicatie ”Handboek Christelijk Nederland”. Volgende week donderdag deel 3.


Gereformeerde kerk buiten verband
De gereformeerde kerk buiten verband te Grootegast ontstond doordat de kerkenraad van de gereformeerd vrijgemaakte kerk in Grootegast op 18 februari 1985 zijn predikant, ds. J. Hoorn, afzette. De reden was dat hij zijn opvattingen over artikel 28 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis (over de gemeenschap met de kerk) niet wenste te herroepen, ondanks het feit dat de generale synode van Heemse had uitgesproken dat „in het gevoelen van ds. Hoorn aan de breedheid van Christus’ werk en aan Gods barmhartigheid op onaanvaardbare wijze tekort wordt gedaan.”

Ds. Hoorn gaat ervan uit dat dit artikel geldt binnen de kerk, waar ieder lid schuldig is zich aan andere leden te geven en geroepen wordt de enigheid der kerk te onderhouden, zijn leven lang en dat de belijdenis geen reden geeft om te spreken van gelovigen buiten de kerk.

Sinds 1986 belegt ds. Hoorn afzonderlijke diensten, eerst in restaurant In de Groote Gast te Grootegast, tegenwoordig in gebouw Irene in Sebaldeburen. Destijds gingen 79 leden met de „Afscheiding” mee. Ook van elders sloten zich mensen aan, zowel vanuit het midden als vanuit het westen van het land.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer