Dat bleek dinsdag tijdens overleg van EU-ministers van Justitie in het Zuid–Franse Cannes. De Franse minister Rachida Dati wil het Europese alerteringssysteem invoeren en heeft steun van de Europese Commissie. Zij claimt dat het Franse systeem - met sms’jes, waarschuwingen op borden boven de snelweg en het inbreken op uitzendingen van de publieke radio - ertoe leidt dat ontvoerde kinderen sneller worden teruggevonden.Maar Nederland vindt dat het te lang gaat duren om een overkoepelend Europees systeem in te voeren en vreest dat sommige landen in afwachting daarvan niets zullen doen. Duitsland stelt dat een alarm in de eerste uren zelden zin heeft, omdat de meeste kinderen vanzelf snel weer opduiken.

Minister Hirsch Ballin (Justitie) benadrukte dinsdag in Cannes vooral het belang van samenwerking tussen buurlanden bij de verdwijning van een kind. De autoriteiten in een grensgebied moeten elkaar sneller alarmeren en zonodig overgaan tot waarschuwingen aan de bevolking.

Dat hoeft volgens de minister niet per se via meldingen op borden boven de snelweg, zoals in Frankrijk gebeurt. Elk land heeft zijn eigen methoden en dat moet ook zo blijven, aldus Hirsch Ballin.

Het pleidooi voor een Europees alarmsysteem kreeg nieuwe kracht na de verdwijning van het Engelse meisje Madeleine McCann, vorig jaar mei in Portugal. Haar ouders denken dat bij een sneller wijdverspreid alarmbericht hun dochter mogelijk wel was gevonden.

Maar tegenstanders van het Franse voorstel menen dat het niet meteen nodig is om bijvoorbeeld de Finse bevolking te waarschuwen als er in Portugal een kind verdwenen is.

De Nederlandse regering vindt bovendien dat het soms beter is even te wachten met het zoeken van de publiciteit, om een ontvoerder niet in paniek te brengen. Vaak is bijvoorbeeld de vader na een echtscheiding de ontvoerder en is de verdwijning op te lossen door het afluisteren door de politie van zijn telefoon.