De emmertjesfase voorbij
Fris ogende groenten vinden er een plek, maar de meest exclusieve geitenkaasjes evengoed. Elke zaterdag is het aan de voet van de Amsterdamse Noorderkerk een lustoord voor iedereen die biologisch en lekker wil eten. Ook een crêpe oppeuzelen kan er, op de boerenmarkt met Nederlands oudste papieren. Of de baby verschonen in een lege marktkraam.
De geur die opstijgt uit de frituurpan van de Vietnamese loempiaboer is verrukkelijk. De man heeft een plekje gevonden op de Noordermarkt in Amsterdam, tussen standhouders die allerlei antiek en curiosa aan de man proberen te brengen. Het loont om de verleiding te weerstaan. Even verderop is zo veel meer lekkers te koop. Daar is het boerengedeelte van de markt, met zeker dertig kramen.Lavas, jonge rucola, kruizemunt - ze liggen keurig gerangschikt in een kraam. Een flinke bos van de kruiden kost 1,25 euro. Achter de toonbank staan kenners. Zeg ”platte peterselie” en niemand haalt het in zijn hoofd om met krulpeterselie aan te komen. Elders is een ruim aanbod in sappen, jams en chutneys. Indrukwekkend is de viskraam van Goede Vissers: in de vitrine ligt onder meer wild gevangen harder en haring-met-keurmerk. Of de kraam van Scani, met kruidenierswaren in ouderwetse bulkzakken. Waar zijn kikkererwten en tarwemeel nog per ons te koop?
Schotse delicatessen
„Is dit kastanjehoning?” vraagt een klant die met een glazen potje vol donkergetinte honing in haar hand aan de kraam van De Bijenkroeg staat. „Ik kan het alleen weten als ik een test doe”, antwoordt marktkoopman Aart-Jan Zonnenberg. Hij pakt een plastic lepeltje, steekt dat in z’n mond. „Er zit wel kastanje in, maar niet veel.”
Zonnenberg staat al achttien jaar op de markt. Sinds acht jaar met zijn eigen honingbedrijf uit Hoogersmilde. „Het contact met mensen is aangenaam. Ik heb veel vaste klanten en er komen hier gigantisch veel toeristen.”
Dat die ook voor ergernis zorgen, blijkt bij Stelle Robertson’s uitstalling met Schotse delicatessen. „It’s enough!” roept de marktdame met een kwaad gezicht naar een jonge toerist die ongegeneerd en onophoudelijk in het schaaltje met proefstukjes fudge graait. De zoete, maar prijzige lekkernij bevalt de man -die hoogstwaarschijnlijk te veel alcohol in zijn bloed heeft- uitstekend.
De biologische Noordermarkt is in Nederland de boerenmarkt met de oudste papieren. In 1987 stak een aantal bevlogen Amsterdammers de koppen bij elkaar en zo ontstond een plek waar boeren en andere producenten hun producten rechtstreeks aan het publiek konden verkopen. Die opzet is langzaam aan het veranderen, constateert Arno, die onder de naam Lombok met biologisch vlees op de markt staat. Zelf is hij -zijn achternaam doet er niet toe, vindt hij- wel producent: schapenboer. In de vitrine liggen geitenschouder en geitenbout. Maar ook runderstoof en entrecote. Alles is vacuüm verpakt. Uit noodzaak. Lombok krijgt van de gemeente namelijk geen vergunning voor een wagen, zoals concurrent natuurslagerij Rob Rijks wel heeft. Eén op de markt is genoeg.
Bakfiets
Zelfs een crêpe, een dun pannenkoekje, kan op de Noordermarkt worden verorberd. Naar keus gemaakt van boekweitmeel of tarwebloem. Een meisje van een jaar of twee, ze zit op een krukje voor de kraam van crêperie Superlatif, kijkt verlangend naar haar crêpe met banaan. Helaas, de pannenkoek is nog te warm. Aan de overkant verschoont een vader -haar vader?- zijn al flink uit de kluiten gewassen baby in een lege marktkraam. De bakfiets staat ernaast geparkeerd.
Vreemde eend in de bijt is Jenneke Dieng met kleding voorzien van het EKO-keurmerk. „Ik ben een bijproduct”, zegt de dame, de eigen toko licht onderschattend. Stapeltjes van katoen, hennep en zijde liggen voor haar uitgestald. Haar katoenproducten zijn er in het ecru, bruin en groen. „In die drie varianten groeit katoen, maar de eerste is het meest geteeld.”
Dieng snapt niet dat maar zo weinig mensen voor biologische kleding kiezen. „Elke week nog zijn er vaste marktbezoekers die me voor het eerst ontdekken. Mensen zien me gewoon over het hoofd. Terwijl dit nog belangrijker is dan voedsel. Katoen is de grootste vervuiler.”
Vroeger ging Dieng met een emmertje naar de boer om aan biologische melk te komen, vertelt ze. Die tijd is voorbij. „Zelfs ALDI heeft nu biologische producten. Maar kleding is nog steeds in de fase van het emmertje.”
„Brood voor het weekend”
„Nel, dat ziet er lekker uit.” Een man van een jaar of zestig stoot zijn vrouw aan en wijst naar de kraam van Geertje’s. De grillig gevormde vloerbroden, de gevulde broden en het overige aanbod hebben een sterke aantrekkingskracht op hem.
Haar brood ís ook bijzonder, vertelt eigenaar Geertje Keune (27), dochter van een biologische bakker die ook op de markt stond. Sinds haar jeugd ging ze met hem mee. In de broden van Geertje’s gaan bijzondere tarwesoorten, gevitaliseerd water en zout uit de monding van de Rhône. Ze zijn allemaal gemaakt op basis van desem, soms met een half procent gist erbij, krijgen minimaal 24 uur de tijd om te rijzen in linnen mandjes en worden gebakken op de vloer van een steenoven.
De prijs is ernaar -een brood kost rond de 4 euro, meer dan bij de andere bakkers op de Noordermarkt- maar de smaak ook. Het donker meergranenbrood dat Keune laat proeven heeft een volle, aromatische smaak. Een dag later blijkt het overigens veel minder smakelijk -er zitten geen vetten en conserveermiddelen in het brood- maar even oppeppen in de oven doet wonderen.
„Sommige klanten halen hier alleen iets voor in het weekend”, zegt Keune. Anderen, die geen tarwe mogen, komen speciaal naar Geertje’s voor de grote selectie spelt- en kamutbroden. „De meesten die hier kopen gaan voor de kwaliteit en niet alleen voor het ideaal van biologisch eten. Vijf jaar geleden was dat heel erg vernieuwend. Nu is er, zeker in Amsterdam, voldoende vraag naar zulke producten.”
De Noordermarkt is de enige markt waar Keune staat. Aan uitbreiding denkt ze niet. Over een paar maandjes verwacht de marktvrouw haar tweede kind.
Struinen in de Jordaan
Noorderkerk. Wie zo dicht in de buurt is van de Noorderkerk, kan een bezoekje haast niet nalaten. Het 17e-eeuwse godshuis, ooit de buurtkerk van de Jordaan, heeft elke zaterdag de deuren van 11.00 tot 13.00 uur openstaan. Om 14.00 uur is er regelmatig een orgelconcert (www.noorderkerkconcerten.nl). De kerk werd gebouwd in de vorm van een Grieks kruis in combinatie met een achthoek en is een van de oudste voorbeelden van protestantse kerkbouw in Nederland. In de zuidelijke aanbouw exposeert de archeologische dienst van de gemeente Amsterdam recente opgravingsvondsten.
Il Tramezzino. Op loopafstand van de boerenmarkt, richting Centraal Station, is Il Tramezzino gevestigd. Onder vochtige doekjes liggen vers klaargemaakte sandwiches te wachten - de doeken zorgen voor behoud van de unieke smaak. Tramezinno is de Italiaanse term voor een sandwich (letterlijk: in het midden), gemaakt van zacht brood zonder korst met een rijke vulling. Die varieert bij Il Tramezzino (Haarlemmerstraat 79) van gegrilde groenten met roomkaas tot pragaham met mozzarella, tomaat en oregano, en is minstens 1 centimeter dik. De prijzen vallen -vergeleken met de vacuümverpakte sandwiches die op stations te koop zijn- erg mee. De luxe boterhammen smaken heerlijk.
Theo Thijssenmuseum. De Jordaan is het stekkie van Kees de jongen, de bekende hoofdpersoon uit de gelijknamige roman van Theo Thijssen (1873-1943). Het geboortehuis van de auteur, die niet alleen schrijver, maar ook onderwijzer, vakbondsman en sociaaldemocratisch politicus was, is ingericht als museum over zijn leven en werk (Eerste Leliedwarsstraat 16). Tot en met 1 september 2008 is in het museum een tentoonstelling te zien over Theo Thijssens vakantiebestedingen - en over bestemmingen van ongeveer 1905 tot 1940 in het algemeen. Zaterdags geopend van 12.00 tot 17.00 uur, voor meer tijden zie www.theothijssenmuseum.nl.