Wereldbank wil snelle actie voedselcrisis
De president van de Wereldbank, Robert Zoellick, roept de regeringsleiders van de G-8 en van de olieproducerende landen op de stijging van voedsel- en olieprijzen en de gevolgen ervan snel het hoofd te bieden.
„We komen in de gevarenzone”, aldus Zoellick in een brief aan de Japanse premier die volgende week de G-8-top voorzit.„Wat we zien is geen natuurramp zoals een tsunami of een orkaan. Het is een door mensen gemaakte catastrofe en zal dan ook door mensen moeten worden verholpen”, aldus Zoellick in de brief die ook aan de regeringsleiders van de andere G-8-landen is verstuurd.
Volgens de topman van de Wereldbank bedreigen de hoge voedselprijzen steeds meer landen. Rellen hebben zich al in dertig landen voorgedaan. Onrust over de hoge olieprijzen verspreidt zich, zo houdt Zoellick de leiders voor.
Volgens Zoellick is 10 miljard dollar (6,3 miljard euro) nodig voor voedselhulp en steun aan landen die door de hoge voedsel- en olieprijzen dubbel geraakt worden. Van dit geldbedrag is volgens de Wereldbank 3,5 miljard dollar nodig voor sociale programma’s voor de armsten en om zaden en verdelgingsmiddelen aan boeren te verstrekken om zo voedselproductie te stimuleren. Het opschroeven van de olieproductie zou volgens de topman „positief bijdragen” aan het verminderen van de kosten voor olie en voedsel.
Van 7 tot 9 juli komen de leiders van de G-8 bijeen in Japan.