Banken richten ravage aan op beurzen
De financiêle sector bezorgde de Europese beurzen donderdag een flinke dreun. Beleggers kregen eerst rigoureuze maatregelen van Fortis voorgeschoteld waarmee het concern in staat moet zijn de balans te versterken. Later volgde een rapport van de Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs over vermoede miljardenafschrijvingen bij Citigroup en Merrill Lynch.
De AEX–index van meest verhandelde fondsen sloot 13,5 punten, ofwel 3,1 procent, lager op 426,03 punten. De MidKap–index van middelgrote fondsen verloor 3,6 procent tot 577,44 punten. In Frankfurt, Londen en Parijs moesten de graadmeters 2,4 tot 2,6 procent terug.Fortis verloor bijna een vijfde van zijn beurswaarde nadat het bedrijf had aangekondigd de uitkering van tussentijds dividend te schrappen om 1,3 miljard euro te besparen. Daarnaast wil het concern 3 miljard euro ophalen met de uitgifte van aandelen en obligaties en moet de verkoop van bezittingen nog eens 3,5 miljard euro opleveren.
Goldman Sachs vermoedt dat Citigroup en Merill Lynch nog eens respectievelijk 8,9 miljard dollar (5,6 miljard euro) en 4,2 miljard dollar moeten afschrijven op beleggingen in de Amerikaanse woningmarkt. Dit wakkerde bij beleggers de vrees aan dat de kredietcrisis voorlopig nog niet is uitgeraasd. Citigroup is een van de zwaarst getroffenen met afschrijvingen van ruim 45 miljard dollar tot dusver.
In heel Europa ging de financiële sector onderuit. Op het Damrak moest Aegon 1,9 procent achteruit en verloor ING 5,2 procent. De Britse banken Barclays en Royal Bank of Scotland, die recent vers kapitaal uit de markt haalden om de crisis op te vangen, leverden respectievelijk 5,8 en 4,9 procent in. Hypo Real was met een verlies van 7,4 procent de sterkste daler in Frankfurt en Dexia bungelde in Parijs onderaan de CAC40 met een verlies van 10,4 procent.
Ook een flinke stijging van de olieprijs had een negatief effect op de beurzen. Een vat olie (159 liter) werd 2,5 procent duurder en kostte bijna 138 euro. Vooral de luchtvaartsector en de autobranche werden door de stijging geraakt. British Airways en Lufthansa leverden respectievelijk 7,8 en 4,3 procent terug. De autobouwers BMW, Daimler, Peugeot en Renault verloren tussen de 3,3 en 5,7 procent.
Shell (plus 0,1 procent) wist zich in Amsterdam als een van de weinigen aan de malaise te onttrekken, juist dankzij de hogere olieprijs. Olie werd duurder door een waardedaling van de dollar en opmerkingen van de OPEC, waaruit bleek dat een productieverhoging voorlopig uitblijft. De Organisatie van Olie–Exporterende Landen verwacht dat de olieprijs deze zomer oploopt naar 150 tot 170 dollar per vat.
Op de valutamarkt noteerde de euro 1,5736 dollar in vergelijking met 1,5565 dollar bij het slot van de Europese beurzen op woensdag.