Hooggerechtshof verlaagt strafboete Exxon Mobil
Het Amerikaanse hooggerechtshof heeft woensdag besloten dat oliemaatschappij Exxon Mobil niet meer dan 500 miljoen dollar (ruim 300 miljoen euro) „strafboete” hoeft te betalen voor de ramp met de tanker Exxon Valdez in de Prins William Baai in Alaska in 1989.
De boete was aanvankelijk vastgesteld op 5 miljard dollar, maar werd later verlaagd tot 2,5 miljard dollar.Het Amerikaanse recht kent strafboetes die boven op schade-uitkeringen komen die een bedrijf of persoon moet betalen. Exxon Mobil heeft sinds 1989 een bedrag van 507 miljoen dollar uitgekeerd aan personen en bedrijven die schade leden, toen de Exxon Valdez in 1989 op een klip liep en er vervolgens ruim 41 miljoen liter olie ontsnapte. Het was Amerika’s grootste milieuramp.
Een meerderheid van vijf rechters van het hooggerechtshof besliste „dat in maritieme kwesties de strafboete niet buitensporig mag uitstijgen boven datgene wat aan schadeloosstelling wordt uitbetaald.” Drie rechters meenden dat deze beslissing „het afschrikwekkend karakter van de strafboete ondermijnt.”
ExxonMobil maakte woensdag bezwaar tegen de door het hooggerechtshof uitgesproken boete. Het bedrijf zei tot nu toe al 3,5 miljard dollar te hebben gestoken in de kwestie.
ExxonMobil heeft geen geld opzij gezet om de boete te betalen, maar voor een negatieve invloed op de resultaten hoeft het bedrijf niet te vrezen. De oliemaatschappij haalde vorig jaar een recordwinst van 40,6 miljard dollar. In het eerste kwartaal van 2007 deed het bedrijf er nog geen dag over een omzet van een half miljard dollar binnen te halen.