ECB tegen afwijken van stabiliteitspact
De meeste landen van de Europese Unie zijn erin geslaagd hun financiën op orde te brengen. In sommige lidstaten is het resultaat van het financiële beleid echter „zeer teleurstellend.” Zij dienen zich te houden aan het stabiliteitspact, dat onder meer voorschrijft dat het begrotingstekort de 3 procent van het bruto binnenlands product niet mag overschrijden.
Met deze ongemeen scherpe bewoordingen heeft de Europese Centrale Bank (ECB) voor het eerst gewaarschuwd tegen overtreding van de regels van het pact. Duitsland, Frankrijk, Italië en Portugal kunnen hun begrotingstekort niet binnen de perken houden. De ECB noemde die landen donderdag in een verklaring niet bij name.
De huidige problemen zijn niet ontstaan doordat de regels van het pact te star zijn, aldus de Europese Centrale Bank. Eerder had voorzitter Romano Prodi van de Europese Commissie zich forse kritiek op de hals gehaald door het stabiliteitspact dom en star te noemen. Volgens de bank lijkt het erop dat enkele landen niet bereid zijn zich aan de verplichtingen uit het pact te houden.
Het stabiliteitspact biedt voldoende ruimte als de begroting eenmaal op orde is, ook in moeilijke economische omstandigheden. De voorgaande periode van sterke economische groei is onvoldoende benut. Daardoor zijn de huidige begrotingsproblemen ontstaan.
De ECB liet verder weten dat discipline een belangrijk signaal is aan de toekomstige leden van de EU. De bank kwam met haar verklaring kort voordat in Brussel de EU-top begon, waar dezer dagen onder meer wordt gesproken over uitbreiding van de Unie en de financiering.
Duitsland overschrijdt dit jaar de begrotingsnorm. Vorige week woensdag heeft de Europese Commissie het land gedreigd een procedure te beginnen die mogelijk tot sancties leidt. Donderdag heeft de Duitse minister van Financiën, Eichel, laten weten geen protest aan te tekenen tegen die procedure. „Duitsland neemt maatregelen om het tekort volgend jaar hooguit 3 procent te laten bedragen. In 2006 zal de begroting sluitend zijn. Het is wel een moeilijke weg”, aldus Eichel.