Huizenga gaf onlangs in zijn columnreeks ”Piketpaaltjes” op internet een beschouwing over het homodebat binnen de ChristenUnie. De CU in Almere (2 van de 39 raadsleden) heeft mede namens het CDA een wethouder in het gemeentebestuur.Het ChristenUnieraadslid uit Almere vindt dat praktiserende homoseksuelen de partij niet kunnen vertegenwoordigen. Hij schrijft: „Als lid van de ChristenUnie, een partij die zich duidelijk wil baseren op Gods Woord en die deze standpunten ook heeft vastgelegd, moet ik (onder meer) een praktiserende homoseksueel als politieke vertegenwoordiger afwijzen. Veel eenvoudiger kan ik het niet maken en ook niet leuker.”

De opmerkingen van de CU’er zijn raadslid Huis van Leefbaar Almere (4 zetels) in het verkeerde keelgat geschoten. Huis schrijft op de website van zijn partij: „Ik vind het monsterlijk om homoseksuelen met een beroep op jouw interpretatie van Gods woord keihard te discrimineren. Een paar van mijn beste vrienden wordt daarmee groot onrecht aangedaan.”

Huis vraagt zich af of het „CDA zich bewust is van het feit dat gezamenlijk met de ChristenUnie gedeelde wethouder in het college per definitie niet homoseksueel mag zijn.”

Huis slaat in zijn schrijven meermalen een sarcastische toon aan. Zo spreekt hij van ”Gristelijk Verantwoorde Discriminatie”. Verder meldt hij: „De Heer zij geloofd en geprezen dat Leefbaar Almere niet voor deze coalitie is gevraagd.”

Huizenga zelf zegt het niet meer dan logisch te vinden dat zijn partij praktiserende homoseksuelen niet zal toelaten de CU te vertegenwoordigen.