Buitenland

Oma’s van het Meiplein vieren 25-jarig bestaan

De Argentijnse mensenrechtengroep ”Oma’s van het Meiplein” vierde dinsdag haar 25-jarig bestaan. In de achterliggende kwarteeuw hebben de grootmoeders reeds 73 van hun destijds door militairen ontvoerde en clandestien ter adoptie gegeven kleinkinderen kunnen opsporen.

Van onze correspondent
23 October 2002 11:34Gewijzigd op 13 November 2020 23:53

Tijdens het juntabewind van eind jaren zeventig zagen zeker 500 kinderen in gevangenschap het levenslicht. De moeders, vaak vermeende politieke tegenstanders van het militaire regime, zijn bijna allemaal in de kerkers en martelkamers van het Argentijnse schrikbewind om het leven gebracht. Hun nakomelingen kregen via vervalste geboortebewijzen een nieuwe identiteit en kwamen meestal terecht in kinderloze officiersgezinnen.

„Wij gaan met ons speurwerk gewoon door totdat elke grootmoeder de gelegenheid heeft gehad haar kleinkinderen te leren kennen”, verzekert Estela Carlotto, die al dertien jaar leiding geeft aan de Oma’s van het Meiplein.

Zelf is Estela nog steeds op zoek naar haar thans 24-jarige kleinzoon Guido, die op 26 juni 1978 ter wereld kwam in het militaire ziekenhuis van Buenos Aires. Estela’s dochter Laura, die studeerde aan de universiteit van de stad La Plata, was zeven maanden eerder gearresteerd door de geheime politie wegens haar betrokkenheid bij de peronistische jeugdbeweging.

Van een informant bij de landmacht vernam Estela Carlotto geboortedatum en naam van haar kleinkind. Het ontzielde lichaam van de moeder is ongeveer twee maanden na de geboorte van Guido teruggegeven aan de familie. „Met een gebroken kaak en een kogelgat in de schedel”, herinnert Estela Carlotto zich.

De gewelddadige dood van haar dochter en de verdwijning van de kleine Guido gaven mevrouw Carlotto de moed om aansluiting te zoeken bij andere ontredderde moeders en grootmoeders. Zo ontstond eind 1978 de groep Oma’s van het Meiplein. Het zou evenwel nog twee volle jaren duren voordat de aanvankelijk informele groep een eerste succes boekte met de vondst van twee meisjes -Tatiana en Laurita- die drie jaar eerder samen met hun moeder voor het laatst waren gezien in het clandestiene gevangenenkamp Villa Ballester aan de rand van Buenos Aires.

Beide kinderen zijn uiteindelijk met instemming van hun grootmoeder bij de adoptieouders gebleven, die zich, in tegenstelling tot de meesten, niet verscholen hielden en al evenmin het contact met de oma’s meden. „Helaas zijn deze mensen een uitzondering gebleken, want de meeste adoptieouders weigeren elk contact met ons en blijven bovendien in alle toonaarden ontkennen dat de kinderen die hun toegewezen zijn, in gevangenschap werden geboren”, vertelt Estela Carlotto.

De Oma’s van het Meiplein komen met regelmaat in opspraak en zijn ook menigmaal het doelwit van kritiek, omdat naar het blijkt zelfs teruggevonden kleinkinderen vaak bezwaar maken tegen elke poging tot toenadering. „Zij nemen, om verder heel begrijpelijke redenen, hun ouders vaak in bescherming en vragen ons vervolgens hetzelfde te doen en af te zien van juridische stappen. Maar dat laatste is iets dat wij als organisatie niet kunnen of willen: mensen die op enigerlei manier betrokken zijn geweest bij kinderroof moeten zich hoe dan ook bij de rechter verantwoorden”, stelt mevrouw Carlotto, die evenwel verzekert dat de Oma’s van het Meiplein de wensen respecteren van kleinkinderen die geen prijs stellen op hereniging met hun echte grootouders. „Maar meestal komen ze daar later weer op terug. Men is natuurlijk toch altijd wel een beetje nieuwsgierig”, aldus Estela Carlotto.

Vorige maand is er een aanslag gepleegd op de voorzitster van de Oma’s van het Meiplein, toen onbekenden met automatische wapens het vuur openden op de gevel van haar bescheiden woning in de stad La Plata, onder de rook van Buenos Aires. Een aantal projectielen kwam in de zitkamer terecht, waar mevrouw Carlotto op dat moment zat te lezen. De politie is er tot dusver niet in geslaagd de daders op het spoor te komen en de plaatselijke recherche gaf onlangs toe zelfs niet eens te weten in welk milieu men de schuldigen moet zoeken.

Estela Carlotto neemt geen genoegen met het ogenschijnlijk oprechte, zij het tevens stuitende, onvermogen van de politie. „Zelfs tijdens de zwartste dagen van de militaire dictatuur wist ik mij zeker van mijn leven. Nooit eerder is er op mij geschoten of heeft iemand mij, of andere grootmoeders, naar het leven gestaan. Maar we laten ons natuurlijk niet intimideren, zelfs niet wanneer de autoriteiten passief blijven”, aldus Estela Carlotto, die vermoedt dat de aanslag het werk is van een bij de politie bekend netwerk van oud-officieren dat tot doel heeft de historische waarheid te verduisteren en zodoende zijn leden te beschermen.

Door toedoen van de Oma’s van het Meiplein en de tientallen bekwame advocaten die de organisatie kosteloos bijstaan, zitten inmiddels ruim dertig voormalige militairen achter de tralies. Onder hen verschillende leden van de junta’s die Argentinië destijds bestuurden, zoals de generaals Jorge Videla, Reynaldo Bignone en Leopoldo Galtieri. Allen staan terecht wegens kinderroof.

Voorlopig komt er volgens Estela Carlotto nog geen eind aan het werk van de Oma’s van het Meiplein. Met nieuwe technieken als DNA-onderzoek, is het steeds vaker mogelijk verloren gewaande kleinkinderen terug te vinden. Ook werkt de organisatie aan de aanleg van een DNA-databank waarin straks de genetische identificatiecode ligt opgeborgen van alle nabestaanden van tijdens de dictatuur verdwenen mensen.

„De Oma’s van het Meiplein weigeren niet alleen in figuurlijke maar ook in letterlijke zin van het toneel te verdwijnen zolang er nog grootmoeders bestaan die niet weten waar of wie hun kleinkinderen zijn”, verzekerde Carlotto dinsdag in Buenos Aires bij de viering van „de eerste” 25 jaar in het bestaan van haar organisatie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer