Een deel van de fractie vindt wel dat selectie mogelijk moet zijn in het geval ouders genetisch dragers zijn van erfelijke, agressieve vormen van kanker. Een ander deel wil de situatie houden zoals zij is, namelijk dat selectie alleen mogelijk moet zijn bij ziekten waarvan voor 100 procent vaststaat dat de drager de ziekte ook daadwerkelijk krijgt. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de ziekte van Huntington (een hersenaandoening) en de ziekte van Duchenne (een spierziekte). Niet alle dragers van een gen voor erfelijke kanker krijgen de ziekte.CDA-Kamerlid Ormel verklaarde donderdagmorgen voor aanvang van het spoeddebat over embryoselectie dat hij mogelijkheden ziet om de verschillen van mening te overbruggen. Het Kamerlid schrijft voor de fractie een notitie over het onderwerp. De fractie zal overigens pas met een standpunt naar buiten komen als staatssecretaris Bussemaker van Volksgezondheid namens het kabinet een brief over embryoselectie naar de Kamer zal sturen.

Staatssecretaris Bussemaker (Volksgezondheid) erkende dat ze haar brief over uitbreiding van embryoselectie beter eerst in de ministerraad had kunnen bespreken. Dat ze dat naliet noemde ze donderdag in de Tweede Kamer een „verkeerde inschatting”. Signalen dat haar brief tot een heftig politiek meningsverschil konden leiden had ze niet opgevangen, zei de staatssecretaris.

Het kabinet trok afgelopen vrijdag een eerste brief van Bussemaker over dit onderwerp in nadat ChristenUnieleider en vicepremier Rouvoet kritiek op de inhoud en de procedure had geuit.

Tijdens het debat kreeg de ChristenUnie de wind van voren van VVD, GroenLinks en D66. VVD-fractievoorzitter Rutte vroeg zich af wie de CU is om vrouwen met een borstkankergen het uitbreken van de ziekte als een zwaard van Damocles boven het hoofd te laten zweven. De ethisch progressieve partijen vinden het onbegrijpelijk dat een abortus in het geval van progressieve vormen van kanker wel mag en embryoselectie niet. GroenLinksfractievoorzitter Halsema zei dat ze zich geneerde voor het standpunt van de CU.

PvdA en VVD vlogen elkaar in de haren over de betekenis van de brief die de vorige staatssecretaris van Volksgezondheid, Ross, in mei 2006 over embryoselectie naar de Kamer stuurde. Volgens de PvdA was de brief van Ross een inperking van de bestaande gegroeide praktijk. Ross wilde namelijk alleen selectie toestaan in het geval voor 100 procent vaststaat dat een erfelijke ziekte daadwerkelijk tot ontwikkeling komt. Volgens Rutte bood de brief van Ross juist wel mogelijkheid voor verdergaande embryoselectie.

PvdA-Kamerlid Arib sprak alle begrip uit voor het kabinetsbesluit om de brief over embryoselectie terug te nemen en eerst de zaak inhoudelijk te bespreken. Arib wil voor het zomerreces een nieuwe brief van Bussemaker. Inhoudelijk vindt de PvdA dat verdergaande embryoselectie mogelijk moet zijn. Ze wil nu eerst afwachten waar het kabinet mee komt.