China probeert overstromingen te voorkomen
China werkt met man en macht om wegen open te houden voor hulpverlening aan de slachtoffers van de aardbeving van 12 mei en om te voorkomen dat rivieren die door aardverschuivingen verstopt zijn geraakt, doorbreken en overstromingen veroorzaken. De omvang van de ramp heeft China ertoe gebracht zelfs de hulp in te roepen van het Japanse leger, zo werd dinsdag in Japan bekendgemaakt.
Sommige wegen worden alleen tijdelijk heropend om hulpverlening mogelijk te maken, zei Mu Hong van de Nationale Commissie voor Ontwikkeling en Hervorming. Het risico van modderlawines en aardverschuivingen maakt dat werk bijzonder moeilijk, zei hij.Reparatie van de infrastructuur is maar een deel van het werk dat gedaan moet worden. Vanwege het enorme verlies dat de beving heeft veroorzaakt, zal het een enorme klus worden om het rampgebied weer op te bouwen en de productie weer op gang te brengen, zei de commissie. Eerder is gezegd dat daar zeker drie jaar mee gemoeid zal zijn.
In het rampgebied zijn 158.000 mensen uit hun dorpen gehaald om te voorkomen dat zij verdrinken als het nieuw gevormde Tangjiashanmeer doorbreekt voordat soldaten en technici erin slagen het te draineren. Soldaten gebruikten explosieven om rivierblokkades te doorbreken en per helikopter werden zware machines aangevoerd om kanalen te graven waardoor het water kan weglopen uit het meer, dat 3200 meter boven de zwaar getroffen stad Beichuan ligt.
Honderden militairen zijn non-stop bezig een afwateringskanaal te graven om de miljoenen kubieke meters water gecontroleerd te laten wegstromen. Dagelijks stijgt het water 2 meter. De krant China Daily citeerde experts die zeggen dat de werkzaamheden nog wel een week kunnen duren. De Chinese premier Wen Jiabao zei dinsdag dat de aanpak van de in totaal circa 35 ”aardbevingsmeren” in het rampgebied dringend is.
In het zuiden van China zijn de afgelopen dagen zeker vijftig mensen omgekomen door overstromingen als gevolg van zware regenval, aldus de media dinsdag. Vooral de provincie Guizhou is zwaar getroffen. De overheid heeft tenten en kleding gestuurd. De meteorologische dienst heeft voor de komende dagen meer regen voorspeld.
Op een bijeenkomst van de Staatsraad noemde premier Wen Jiabao het werk aan de snel stijgende stuwmeren de dringendste taak bij het bestrijden van de ramp. De regering heeft hier 200 miljoen yuan (18,15 miljoen euro) voor uitgetrokken, zei het persbureau Xinhua. Van de 34 meren die door de aardbeving in het bergachtige gebied zijn gevormd, staan er 28 op doorbreken.
Het officiële dodental werd gisteren gesteld op 68.109. Omdat er nog 19.851 mensen als vermist te boek staan, zal de tol van de aardbeving naar verwachting boven de 80.000 uitkomen.
China geeft er over het algemeen de voorkeur aan zijn binnenlandse problemen zelf op te lossen, maar aanvaardt bij de bestrijding van deze enorme ramp hulp van andere landen. Japanse functionarissen zeiden dat China heeft laten weten ook hulp te verwelkomen van het Japanse leger. Dat is bijzonder, want de herinnering aan het meedogenloze optreden van het keizerlijke Japanse leger in de Tweede Wereldoorlog en de koloniale periode die daaraan voorafging, is in China nog lang niet gesleten. De Japanse militairen zullen volgens de zegslieden worden ingezet om tenten en andere hulpgoederen naar het rampgebied te vliegen.