Reuzenmeervallen schaars door Chinese dammen
Dit jaar hebben gespecialiseerde vissers maar één reuzenmeerval bovengehaald in het beste vangstgebied van de Mekong. De vis, die tot 300 kilo zwaar kan worden, geldt in Indochina als een lekkernij. Maar hij is zeldzaam en moeilijk te verschalken. Sinds de Chinezen in 1994 een eerste dam op de bovenloop van de Mekong in gebruik namen, zijn de waterstanden bovendien zo onvoorspelbaar geworden dat de meeste professionele meervalvissers er de brui aan hebben gegeven.
Voor reuzenmeervallen moest je vroeger in het Thaise vissersdorp Ban Had Krai of het Laotiaanse Houei Sai zijn. Tussen die twee vissersdorpen aan de Mekong ligt een ondiepte die ruim een halve kilometer lang is. Het bed van de rivier is er vlak en bedekt met steengruis - ideaal om netten uit te werpen.
Aangemoedigd door de grote vraag naar de zeldzame vissoort hebben Thaise en Laotiaanse vissers uit de buurt zich de voorbije dertig jaar toegelegd op de vangst van reuzenmeervallen. Maar nu draaien die specialisten met hun duimen. Vroeger bedroeg de buit in het korte vangstseizoen -van midden april tot juni- ongeveer veertig exemplaren. Maar vorig jaar slaagden 24 visserssloepen er niet in ook maar één enkele kanjer boven te halen.
De vissen zijn er nog, maar door de onnatuurlijk wisselende waterstanden is het veel moeilijker geworden de grote netten goed uit te werpen. De vissers, die van generatie op generatie hebben geleerd de trekbewegingen van de vissen te voorspellen aan de hand van de migratie van watervogels en perfect weten hoe ze hun netten moeten uitwerpen bij welke stroming, slagen er niet in zich aan te passen aan de onverwachte schommelingen in de rivier die sinds enkele jaren optreden.
Zeven jaar geleden begonnen de vissers te merken dat de evolutie van de waterstand in de rivier niet langer het vertrouwde patroon volgde. Honderden kilometer stroomopwaarts was kort daarvoor een eerste Chinese stuwdam in de Mekong in gebruik genomen.
Vorig jaar kwam een tweede dam in bedrijf en nu bouwen de Chinezen in dezelfde streek aan de Xiaowandam, die de tweede dam van het land moet worden na de immense Drieklovendam in de Jangtse. Uiteindelijk zouden er op het Chinese deel van de Mekong niet minder dan acht dammen moeten verrijzen. De bouwwerken moeten China’s onverzadigbare honger naar energie helpen stillen.
Boonrian Jinnarat, de voorzitter van de Reuzenmeervallenvereniging van Ban Had Krai, herinnert zich dat de Mekong in april 1994 nog maar een meter diep was. Daardoor haalden de vissers van zijn dorp maar achttien reuzenmeervallen boven, vergeleken met 48 het jaar daarvoor. In 1995 zonk de waterstand in het voorjaar nog drastischer, tot een minimum van 44 centimeter.
Boonrian is ervan overtuigd dat alle vissers hun netten aan de kant zullen leggen als de Mekong verder op die manier geweld wordt aangedaan. In april waagden in Ban Had Krai alleen de 70-jarige Yuen Yongyuen en zijn neefs het erop hun boot op te tuigen en uit te varen op reuzenmeervallenvangst. Begin mei kruiste nog altijd maar één Thaise vissersboot heen en weer tussen visplekjes waarom tien jaar geleden wel tachtig boten wedijverden.
Midden mei zat het seizoen er dit jaar op -het waterpeil steeg tot meer dan 2 meter, waardoor het bijna onmogelijk wordt nog een reuzenmeerval in de netten te krijgen. Het werd een nieuw nuljaar voor Ban Had Krai- enkel stroomopwaarts werd één reuzenmeerval bovengehaald.
Naarmate de vissers afhaken, zal ook de cultuur wel verloren gaan die verweven is met de traditionele bezigheid. Boonrian telde dit jaar maar twintig deelnemers aan het ”liang luang”-ritueel. Daarmee worden zogenaamd de watergeesten bij het begin van het vangstseizoen gunstig gestemd; de vissers hopen dat de geesten in de rivier hun bescherming over de meervallen zullen opheffen in ruil voor wierookwalmen, kaarslicht, stukjes gekookt kippen- en rundvlees of een varkenskop.
Vroeger kwamen er voor die uit oeroude tijden overleverde ceremonie altijd over de honderd mensen opdagen. Er waren dit jaar ook helemaal geen vissers uit Houei Sai aan de andere oever van de rivier, al waren die speciaal uitgenodigd. Laotiaanse en Thaise Mekongvissers hebben gelijkaardige rituelen, die stammen uit een tijd waarin de koloniale machten nog geen grenzen hadden getrokken door hun gebied. Maar ook vorig jaar lieten de Laotiaanse buren al verstek gaan. (IPS)