Vroomheidsbeleving over kerkmuren heen
„De vroomheidbeleving is een geschikt vertrekpunt voor het oecumenisch gesprek met de Rooms-Katholieke Kerk. De discussie over dit eeuwenoude thema kan meer opleveren dan die over allerlei actuele zaken.”
Dat zei prof. dr. W. J. op ’t Hof zaterdag tijdens de voorjaarsvergadering van de Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis (VNK). De bijeenkomst, die werd gehouden in de Dominicanenkerk te Zwolle, had als thema: ”De oecumene van de spiritualiteit. Moderne Devotie en Nadere Reformatie.” Thomas a Kempis, de bekendste vertegenwoordiger van de moderne devotie en voormalig inwoner van Zwolle, kreeg ruimschoots aandacht.Prof. Op ’t Hof, hoogleraar in de geschiedenis van het gereformeerd piëtisme aan het Hersteld Hervormd Seminarie, gevestigd aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, zei dat het persoonlijke gesprek met rooms-katholieken een verrijking kan zijn. Hij noemde het voorbeeld van iemand die voor een protestantse stichting in een rooms-katholiek land werkte en samen met een pater op een ziekenhuiskamer kwam te liggen. Er ontstond een gesprek, dat resulteerde in, zoals de desbetreffende persoon zei, „geweldige dagen in geestelijk opzicht.”
Prof. Op ’t Hof: „Ik ben blij als ik hoor van dergelijke individuele contacten. Ik heb er veel voor over als iets dergelijks in breder verband kan plaatsvinden.”
Prof. dr. A. de Reuver, emeritus hoogleraar vanwege de Gereformeerde Bond aan de Universiteit Utrecht, zei dat Thomas a Kempis blijkens zijn boek veel van de Heere Jezus hield. De hoogleraar heeft in zijn leven veel aan hem te danken gehad. „Dwars door doctrinaire verschillen heen kan er sprake zijn van diepe herkenning als het gaat om het van God gezocht en gevonden zijn en over de liefde tot Christus. Dat verbindt tot de dag van vandaag.”
Dr. C. M. A. Caspers, verbonden aan het rooms-katholieke Titus Brandsma Instituut, verwees naar de opleiding spiritualiteit in Nijmegen, waar rooms-katholieken en protestanten samen Thomas a Kempis lezen. „Er is minder verschil dan ik verwachtte. Ze kunnen goed samen door één deur en beleven plezier aan het samen lezen van die teksten.”
Prof. Op ’t Hof betoogde tijdens een korte lezing dat de belangrijkste vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie positief waren over ”De Imitatione Christi” (De navolging van Christus, het hoofdwerk van Thomas a Kempis). Voetius noemde het werk „het meest goddelijke boek na de Bijbel.” Willem Teellinck heeft in zijn werken, onder andere in ”Sleutel der devotie”, grote stukken uit de ”Imitatio” overgenomen. In zijn boek ”Soliloquium”, de weergave van zijn geestelijke bekeringsweg, volgt hij zelfs de gang van het betoog van Thomas’ boek. „Blijkbaar kon hij zijn bekering niet beter onder woorden te brengen dan door de voetstappen van Thomas te drukken.”
Prof. De Reuver, die Thomas a Kempis vergeleek met de nadere reformator Theodorus à Brakel, ziet veel overeenkomsten tussen die twee. „Theodorus à Brakel verschilt in de visie op de rechtvaardiging door het geloof alleen van hem, maar het thema staat even weinig centraal als bij Thomas a Kempis. Het gaat Brakel om het ervaren van de gemeenschap met God.”
De emeritus hoogleraar noemde als concrete punten van overeenkomst het zoeken van de afzondering, de vreugde van de gemeenschap met God, het voortdurend overdenken van het lijden van de Gekruisigde en het loven van God. „Thomas hunkerde naar de dag dat hij God zou mogen genieten. Brakel verlangde naar de overtocht over de doodsjordaan om bij God te mogen zijn.”
Hij noemde Brakel, die zich dagelijks ongeveer acht uur terugtrok voor stille tijd, een van de meest mystieke auteurs van de Nadere Reformatie. In onze tijd is iets dergelijks niet te realiseren, aldus prof. De Reuver, maar „het zich op gezette tijden terugtrekken om in de intimiteit en gemeenschap met God te komen, verdient ook nu navolging.”
Dr. G. van Klinken, docent kerkgeschiedenis aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) in Kampen, vertelde dat hij samen met zijn studenten het boek van Thomas gelezen heeft. Hij kon zijn studenten in twee groepen indelen. De ene groep vond de ”Imitatio” tijdloos en las de tekst geïnteresseerd. De andere groep vond aanvullende accenten over zonde en verzoening nodig.
Van Klinken vindt dat A Kempis de mensen van nu veel te zeggen heeft, al is het alleen maar om hen geconcentreerde aandacht en rustig lezen te leren. Om in de sfeer van Thomas te komen, kan middeleeuwse kunst een rol spelen, zei hij. ’s Middags zong het vocaal ensemble Cercamon middeleeuwse muziek.
Het Nederlands Dagblad presenteerde op de bijeenkomst de serie Klassiek Licht, een reeks boeken van eigen bodem die van grote invloed zijn geweest op het christendom in Nederland. De zaterdag gepresenteerde deeltjes waren van Thomas a Kempis, J. H. Gunning jr. en A. Kuyper. In voorbereiding zijn nog twaalf andere klassiekers.