Fractievoorzitter Hamer onderstreepte toen vooral dat het verlagen van uitkeringen voor jonggehandicapten voor de PvdA onbespreekbaar is. Maar in het spoeddebat legde PvdA-Kamerlid Spekman er de nadruk op dat ook zijn fractie wil dat gehandicapte jongeren die nog kunnen werken, aan de slag gaan.„Ik laat me niet uitspelen tegen Donner en het CDA”, zei Spekman. „Ik deel hun urgentie. Dat je verschil van mening hebt over een enkel punt, dat hoort er soms bij.” Spekman herhaalde overigens wel dat de Wajonguitkering niet omlaag mag. „Dat is onbespreekbaar”, liet hij na het debat in een toelichting nogmaals weten.

Maandag lekte een plan van Donner uit om de snelle groei van het aantal Wajongers een halt toe te roepen. Nu zitten 160.000 mensen in deze regeling. Zonder maatregelen dreigt dat aantal op termijn te stijgen naar een half miljoen. Een Wajonger krijgt een uitkering van 75 procent van het minimumloon.

Donner wil onderscheid maken tussen Wajongers die volledig arbeidsongeschikt zijn en jongeren die ondanks hun handicap nog een deel van hun inkomen zelf kunnen verdienen. Dat inkomen zou de overheid dan aanvullen tot maximaal 70 procent van het minimumloon.

In het spoeddebat wees de CDA-minister erop dat ook nu al een kleine groep van 2 procent van de Wajongers niet volledig arbeidongeschikt is verklaard en dus een lagere uitkering ontvangt. Ook riep hij in herinnering dat het sociale minimum in Nederland op 70 procent van het minimumloon ligt.

Coalitiepartners CDA en ChristenUnie zeiden woensdag de voorstellen van Donner „niet op voorhand te blokkeren.” Met uitzondering van de VVD ziet de oppositie er niets in.

Donner bespreekt zijn plan morgen in het kabinet, maar ingewijden verwachten dan zeker nog geen akkoord. Toch zou de kwestie volgens een betrokkene minder gevoelig liggen dan het conflict over het ontslagrecht, dat vorig najaar bijna tot een kabinetscrisis leidde.