Waar is wat goed voelt
Zette men in de jaren tachtig de opnamen voor een EO-televisieprogramma nog stop wanneer er bij een van de gasten een traan tevoorschijn kwam, tegenwoordig zoomen de camera’s juist in. Het gevoel is immers belangrijk. Dit is een sprekend voorbeeld van wat de auteurs van de bundel ”Alles wat je hart begeert? Christelijke oriëntatie in een op beleving gerichte cultuur” aanduiden als een belevingscultuur.
Volgens filosoof Jan van der Stoep wil belevingscultuur zeggen dat mensen in de samenleving van vandaag voortdurend op zoek zijn naar belevingen en ervaringen die hun diepste innerlijk raken. Niet langer staan het gesproken woord en de rede centraal, maar juist het gevoel en de ervaring. Kort samengevat: Waar is wat goed voelt. De belevingscultuur is de herleving van een romantische beweging tegen het rationalisme van de verlichting en het wetenschappelijk-technische denken. Het is ook een zoeken naar zin in een geseculariseerde wereld.Met de bundel ”Alles wat je hart begeert?” speelt het Instituut voor Cultuur Ethiek (ICE), waarvan Van der Stoep directeur is, volgens eigen zeggen in op een breed gedeelde behoefte aan reflectie op de belevingscultuur. Het doel van het boek is allereerst om vanuit een christelijke oriëntatie een analyse te leveren van de belevingscultuur. De gehanteerde perspectieven zijn die van de filosofie en antropologie, de theologie en kerkgeschiedenis en de muziekwetenschap.
Kansen voor de kerk
Wat betekent het om in een belevingscultuur te leven? Timon Ramaker, docent communicatierecht en -ethiek aan de Christelijke Hogeschool Ede en Roel Kuiper, bijzonder hoogleraar in de reformatorische wijsbegeerte aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, betogen dat de belevingscultuur enerzijds onbehagen oproept, maar anderzijds kansen biedt, ook voor de kerk. De mogelijkheid tot de beleving van gevoelens heeft een bevrijdende kant, mede waar het de ontmoeting met God betreft. Tegelijk kan er sprake zijn van ”de druk van de beleving”: het leven móet spannend en fascinerend zijn.
De belevingscultuur heeft sterke wortels in de Reformatie, stelt filosoof Arthur Zijlstra. Bij Calvijn vindt een rehabilitatie plaats van de zintuiglijkheid en de lichamelijkheid van de mens als schepsel van God. Verlichting en romantiek kunnen beschouwd worden als reactie daarop, een reactie die uiteindelijk weer uitloopt op de revolutionaire jaren zestig van de vorige eeuw.
Theoloog H. W. de Knijff analyseert de rol die het gevoel speelt in de Bijbel. Opvallend is dat de Bijbel, net als andere boeken uit de oudheid, betrekkelijk weinig laat zien van wat er in het innerlijk van de mens omgaat. Het mensbeeld is sterk lichamelijk bepaald en ontheoretisch. Als er over gevoelens gesproken wordt, is dat vaak in niet-specifieke zin. De meest uitgesproken gevoelsuitingen zijn nog te vinden in de Psalmen en in de brieven van Paulus. Door de Bijbel heen, zeker in het Nieuwe Testament, worden gevoelens in toenemende mate ingekleurd als reacties op het handelen van God. In die zin heeft er een theologisering plaats van het gevoelsleven.
Gevoelsjacht
De Knijff is van de auteurs degene die zich het meest kritisch uitlaat over de hedendaagse belevingscultuur en de gevoelsjacht. Gevoelsbeleving dient volgens hem zijn grenzen te kennen. Hij waarschuwt voor een gevoelsleven zonder grond, waarin ’vieren’ wordt losgekoppeld van gebeurtenissen die om viering vragen. De Knijff benadrukt overigens dat de belevingscultuur onlosmakelijk verbonden is met de christelijke erfenis.
Robert Doornenbal, docent cultuurfilosofie aan de CHE, laat zien waarin huidige opwekkingsbewegingen verschillen van de ”religie van het hart” uit de zeventiende en de achttiende eeuw (John Wesley, de puriteinen). Wanneer er over beleving en het ”zelf” gesproken werd, stond niet de zelfontplooiing, maar de zelfverloochening centraal.
Geloof
De vraag is hoe het christelijk geloof gestalte kan krijgen in de belevingscultuur en hoe hedendaagse christenen zich tot de belevingscultuur moeten verhouden. Moeten ze zich ertegen verzetten, zich aanpassen, de cultuur proberen te transformeren? De auteurs pleiten voor „kritische participatie in de verwachting van transformatie.” Wij moeten, net als generaties christenen voor ons, zoeken naar een christelijke levenskunst waarin verantwoordelijkheid gedragen wordt in de belevingscultuur, zonder verlies van identiteit.
Mensen hebben ordeningen en structuren nodig om ervaringen op te roepen, maar ook om ze te kunnen onderscheiden. Daarbij geldt dat de belevingscultuur niet zozeer moet worden gezien als de vijand van instituties (waaronder de kerk en het gezin), maar juist als een kritische toetssteen daarvan.
De belevingscultuur werkt ook door in de verschillende stromingen binnen de protestantse liturgie. Muziekwetenschapper Marleen Hengelaar-Rookmaker stelt: „De geschiedenis, ook die van de liturgie van de afgelopen eeuwen, leert dat als we de cultuur niet met open vizier tegemoet treden, deze via de achterdeur toch vaak op minder gewenste wijze binnendringt.”
Computergames
Om de bundel niet puur theoretisch te houden, is na ieder hoofdstuk een kader geplaatst waarin een voorbeeld wordt gegeven uit de belevingscultuur: popmuziek, films en computergames, maar ook hedendaagse spiritualiteit en liturgische vernieuwing. De kaders voegen inhoudelijk niet zo veel toe aan het boek, maar kunnen de niet-ingewijde lezer wel op de hoogte brengen van waar het in de belevingscultuur zoal om draait.
De bundel ”Alles wat je hart begeert?” biedt een zinvolle en grondige bijdrage aan een christelijke cultuurvisie en -kritiek. Er kunnen echter ook kritische vragen gesteld worden bij de analyses. Is de belevingscultuur bijvoorbeeld wel zo sterk gericht op het zoeken naar zingeving, zoals de auteurs veronderstellen? Zijn postreligieuze mensen niet veeleer op zoek naar ”lekker” en ”leuk” leven, het drama van ”de dood van God” voorbij? Daarnaast kan de vraag gesteld worden of de auteurs niet te optimistisch zijn over de kansen die de belevingscultuur biedt voor het christelijk geloof.
Hoe men de belevingscultuur en de daarvan gemaakte analyses ook beoordeelt, deze bundel is bedoeld om aan te zetten tot nadere bezinning en is daarin in ieder geval geslaagd.