Dodental Birma naar 22.500
In Birma blijft het dodental als gevolg van de verwoestende cycloon Nargis stijgen. Dinsdag liet het militaire regime weten dat er bijna 22.500 mensen zijn omgekomen. Maar het aantal doden zal vermoedelijk nog verder omhooggaan, want de staatsradio berichtte dat nog eens 41.000 mensen worden vermist.
Bijna alle doden vielen in de delta van de Irrawady-rivier. Alleen al in de delta gelegen stad Bogalay stierven 10.000 mensen, meldde het Chinese persbureau Xinhua op gezag van lokale functionarissen. De stad is voor 95 procent verwoest en 190.000 inwoners zijn dakloos. Een journalist van de Amerikaanse nieuwszender CNN in Bogalay zei over een lengte van 30 kilometer alleen maar verwoeste huizen te zien.Minister Maung Maung Swe, die belast is met de hulpverlening aan het getroffen gebied, zei dat de meeste doden vielen door een vloedgolf en niet door de storm. „De golf was tot 3,5 meter hoog en verwoestte en overstroomde de helft van de huizen in laag gelegen dorpen".
De cycloon raasde in de nacht van vrijdag op zaterdag over het zuiden van Birma. De situatie daar wordt omschreven als vreselijk. Een verslaggeefster van de Britse omroep BBC verklaarde „overal lijken te zien, de straten liggen vol". Volgens haar is in de Irrawady-delta ongeveer 95 procent van de huizen volledig verwoest.
De Indiase meteorologische dienst (IMD) meldde intussen dinsdag dat het Birma 48 uur voordat de cycloon zou toeslaan, heeft gewaarschuwd. Volgens een zegsman van de IMD had Birma daardoor voldoende tijd om maatregelen te nemen. Buitenlanders en ook Birmanen klagen niet op tijd te zijn gewaarschuwd door de junta over de naderende storm.
De hulpverlening komt maar zeer langzaam op gang. De Verenigde Naties schatten dat rond een miljoen mensen dakloos zijn geworden. Sommigen noemen de respons van het militaire bewind tot dusver langzaam en ontoereikend. De Amerikaanse president George Bush riep de generaals van Birma dinsdag op hun land open te stellen voor Amerikaanse hulp.
Vooral aan drinkwater en onderdak is een enorme behoefte. De junta heeft gezegd hulp uit het buitenland te accepteren, maar in het verleden heeft het regime de vrijheid van buitenlandse hulpverleners altijd sterk aan banden gelegd uit angst voor buitenlandse inmenging. De autoriteiten willen ook nu niet de toegang tot het land versoepelen. Zo meldden de VN dat haar hulpverleners nog steeds wachten op visa.
Uit vrijgegeven satellietbeelden van de VN blijkt dat de schade zich vooral concentreert in een gebied van 30.000 vierkante kilometer langs de Andaman Zee en de kustlijn langs de Golf van Martaban. Volgens het Wereldvoedselprogramma van de VN heeft de storm belangrijke rijstgebieden zwaar getroffen. De rijstvelden zijn met zout water overstroomd. De vrees bestaat nu dat Brima zichzelf niet langer kan onderhouden en dat beloftes om rijst te leveren aan Sri Lanka en Bangladesh niet kunnen worden nagekomen.