Vrouwen positief over inenten tegen HPV
De meeste vrouwen staan positief tegenover het inenten van meisjes tegen HPV, het virus dat baarmoederhalskanker kan veroorzaken. Dat blijkt uit onderzoek van het Erasmus Medisch Centrum onder 1367 vrouwen.
Ruim driekwart was positief. Het overige kwart wil meer informatie of is niet voor vaccinatie, aldus Ida Korfage, een van de onderzoekers. Deze percentages gelden zowel voor vrouwen die baarmoederhalskanker hebben gehad, als voor andere vrouwen.Het onderzoek is gehouden voordat eerder deze maand bekend werd dat de Gezondheidsraad adviseert voortaan meisjes van twaalf jaar te laten inenten en de vaccinatie op te nemen in het Rijksvaccinatieprogramma. Minister Klink van Volksgezondheid is op zoek naar geld om dat te betalen.
Goede voorlichting is nodig om de bevolking te informeren over het risico van het virus en de werking van het vaccin, aldus de onderzoekers. Zij stelden vast dat daarover nog veel onbekendheid bestaat.
HPV is een seksueel overdraagbaar virus. De kans om ooit besmet te raken is in Nederland 75 tot 80 procent. In veel gevallen werkt het lichaam de infectie vanzelf weg.
Per jaar krijgen ongeveer zeshonderd vrouwen te horen dat zij baarmoederhalskanker hebben. Jaarlijks overlijden er tweehonderd vrouwen aan de ziekte, die in 70 procent van de gevallen wordt veroorzaakt door HPV.
Vaccinatie beschermt tegen dit virus. Om beschermd te zijn, moeten meisjes twee en zes maanden na de eerste inenting een herhaalprik halen. Hoe lang de vaccinatie precies werkzaam blijft, is nog niet bekend, aldus Korfage.
Grootschalig bevolkingsonderzoek voorkomt nu veel gevallen van baarmoederhalskanker. Vrouwen krijgen tussen de 30 en 60 jaar regelmatig een oproep om een uitstrijkje te laten maken.