Bereid
„Maar Paulus antwoordde: Wat doet gij, dat gij weent, en mijn hart week maakt?”
Handelingen 21:13Ik ben bereid, zegt de apostel. Dat is: mijn hart is zo gezet om de roeping van God op te volgen. Wat mij ook mag overkomen, al uw tranen en smeken tot het tegendeel zijn verloren en tevergeefs, zij kunnen mijn vast voornemen in het minst niet veranderen. Het is dan beter om stil te zijn en mij blijmoedig aan de wil van God over te geven.
Zo ziet u dan hier de toerusting en de berusting van Paulus’ geest om zowel te sterven als gebonden te willen worden te Jeruzalem om de Naam van de Heere Jezus. Dit deed hem de verzoeking van zijn vrienden en de boosheid en de wreedheid van zijn vijanden overwinnen. Door deze bereidwilligheid van zijn gemoed werd hij over alles heen gebracht en bekwaam gemaakt om zijn loop met blijdschap te voleindigen.
Hiertoe mag er deze lering zijn: Het is een gezegende en uitnemende zaak voor Gods volk om bereid en gereed te zijn voor de zware dienst en het hardste lijden waar de Heere het toe roepen mag. Hiernaar strekt een begenadigd hart zich uit, biddend en strijdend om het te mogen grijpen en verkrijgen. Maar helaas, hoe weinig mensen verkrijgen dit. Het is zeker dat er onder de menigte van de belijders van heden weinigen zijn die met Paulus hier in deze tekst kunnen zeggen: Ik ben bereid om gebonden te worden…
John Flavel,
predikant te Darmouth
(”Voorbereiding voor het lijden”, 1767)