„Geen Iraakse christenen”
Het was zo’n nieuwsbericht waarvan je denkt: „Het is toch niet te geloven?!” „Huidig EU-voorzitter Slovenië verwerpt een Duits plan voor bevoorrecht asiel voor Iraakse christenen”, meldde vrijdagmorgen het persbureau ANP.
De Duitse minister van Binnenlandse Zaken, Wolfgang Schäuble (CDU), had bij zijn Europese ambtscollega’s een voorstel neergelegd om asiel te verlenen aan Iraakse christenen, omdat die wegens hun geloofsovertuiging in eigen land worden vervolgd. Volgens de Duitse bewindsman gaat het bij de Iraakse christenen om „mensen die om religieuze redenen in een bijzonder moeilijke positie verkeren.”Schäuble voegde er in één adem aan toe dat het „niet helemaal verkeerd is als de Europeanen zich juist op deze groep concentreren.”
Nergens in het Midden-Oosten wordt de christelijke gemeenschap zo bedreigd als in Irak. In 2003 waren er naar schatting nog 800.000 christenen. Nu, vijf jaar later, heeft de helft van hen het land verlaten. Wie gebleven is, moet elke dag voor zijn leven vrezen.
De Rooms-Katholieke Kerk heeft Europa opgeroepen 60.000 Iraakse christenen op te nemen wier positie bijzonder precair is. Schäuble gaf aan deze oproep gehoor en stelde voor de vluchtelingen over de verschillende EU-lidstaten te verdelen, met inachtneming van de grootte van de lidstaten. Duitsland zou dus als grootste lidstaat de meeste vluchtelingen opnemen.
In eigen land riep het voorstel de nodige kritiek op. De Groenen stelden dat ook andere groepen, zoals kinderen, bejaarden en zieken, bescherming nodig hebben. De sociaaldemocraten (SPD) konden zich niet vinden in het idee, dat „Bijbelkennis als voorwaarde stelt om in Duitsland asiel te krijgen.”
Maar ook op Europees niveau ving de Duitse minister bot. Eerste gesprekken met Finland, Zweden en Frankrijk hadden de Duitse minister hoop gegeven, maar uiteindelijk werd het voorstel van tafel geveegd. „Het recht op asiel moet gegeven worden zonder onderscheid naar religie of ras”, zei de Sloveense minister Dragutin Mate (Binnenlandse Zaken) vrijdag na het EU-beraad.
Blijkbaar is Europa vergeten dat het in het verleden bijzondere banden had met de christenen in het Midden-Oosten en dat het daarom nu nog zekere verplichtingen heeft.
Onder andere Frankrijk en Groot-Brittannië hadden na de verovering in1453 van Constantinopel speciale akkoorden (zogenaamde Capitulaties) met het Ottomaanse Rijk gesloten waardoor Europese burgers in het oosten speciale bescherming genoten. In de negentiende eeuw werden deze akkoorden zodanig gewijzigd dat ook godsdienstige minderheden zoals de joden en de christenen werden beschermd.
Als het „culturele, religieuze en humanistische erfgoed”, waarvan in het EU-verdrag sprake is, nog iets voor de Europeanen betekent, is dit een uitgelezen moment om dat te demonstreren.
Het argument dat men niemand mag voortrekken, snijdt geen hout. Trokken de EU-lidstaten in de jaren negentig van de vorige eeuw de islam voor toen ze moslims uit Bosnië-Herzegovina en uit Kosovo opnamen omdat hun leven om godsdienstige redenen gevaar liep? Waarom zou Europa zich nu niet om de christenen uit het Midden-Oosten mogen bekommeren?
Zaterdag betoogden 5000 Iraakse christenen in Brussel om aandacht te vragen voor hun geplaagde geloofsgenoten. Zou de Sloveense minister er iets van hebben meegekregen? Of tellen christenen niet voor hem?
In juni wil de Duitse minister Schäuble het voorstel nog een keer aan zijn Europese ambtgenoten voorleggen. Het is te hopen dat de Duitse bewindsman dan de meerderheid van zijn Europese collega’s achter zich krijgt.
Sterkte, excellentie!
Reageren aan scribent? buza@refdag.nl.