Tweede Kamer geschokt over VVD en PVV om Sudan
De VVD en PVV hebben donderdag de woede van hun collega’s op de hals gehaald tijdens een spoeddebat over Sudan. Dat land weigerde onlangs een visum te verlenen aan minister Van Middelkoop (Defensie), die een bezoek wilde brengen aan dertig Nederlanders die in Sudan op VN–missie zijn.
De PVV eiste dat Sudan excuses aanbood en de VVD vond dat Van Middelkoop te slap had gereageerd op de weigering. VVD–Kamerlid Boekestijn diende een motie van treurnis in, maar trok die aan het eind van het debat weer in. De PVV vindt dat Nederland geen ontwikkelingshulp meer moet geven aan Sudan.CDA–Kamerlid Van Gennip sprak, ook namens PvdA, GroenLinks en de ChristenUnie, haar treurnis uit over het houden van dit debat. De partijen waren „verbaasd en geschokt" dat de VVD en PVV ontwikkelingsgelden willen inzetten om een regering onder druk te zetten.
Dat werkt volgens hen juist averechts, juist in een land als Sudan waar de regering zelf partij is in het gewelddadige conflict waar de bevolking al jaren onder lijdt. De partijen wezen erop dat de 140 miljoen euro Nederlandse hulp niet naar de regering in Khartum gaat. Het loopt via non-gouvernementele organisaties naar het zuiden van het land en naar de opvangkampen, onder meer in Darfur, waar miljoenen mensen zitten die op de vlucht zijn geslagen. „Uw standpunt is kortzichtig en weinig solidair. U laat die mensen in kampen verrotten", zei Van Gennip.
Vooral Boekestijn moest het als woordvoerder van de liberalen ontgelden. „U heeft de verkeerde kant gekozen", fulmineerde Vendrik (GroenLinks). „Denk nou toch na! Dit wil de regering van Sudan juist: geen militairen en geen hulp". Boekestijn meende dat het wel goed mogelijk is te dreigen met hulpgelden zonder de mensen zelf te raken. Overigens had de VVD’er donderdag niet opnieuw gepleit voor opschorting van de hulp aan Sudan. Twee weken eerder ging hij daarin met de PVV mee.
Van Middelkoop herhaalde dat hij geen enkele behoefte heeft aan excuses. De kwestie is al opgelost en Sudan heeft laten weten dat hij welkom is. De minister is van plan de reis eind juni alsnog te maken.