„PKN moet inzetten op geloofsgesprek”
In de relatie met andere kerken moet de Protestantse Kerk in Nederland inzetten op het geloofsgesprek. „We zijn kerken van het Woord. Laten we ons daarom richten op geloofsoverdracht.”
Dat stelde ouderling C. Hoogendijk (Wierden) vanmorgen tijdens de vergadering van de generale synode van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) in Lunteren. Die maakte vanmorgen een begin met de bespreking van het rapport ”Meegaan in de beweging van de Heilige Geest”. Daarin staat het oecumenische beleid voor de komende jaren uitgestippeld.Ds. P. Verhoeff (Alkmaar) vroeg de synode haar „pijn” uit te spreken over het feit dat de Rooms-Katholieke Kerk de protestante kerken niet als kerk erkent. „Het moderamen moet de Room-Katholieke Kerk aanspreken op haar monopolistische houding.”
Voorafgaand aan de behandeling van de oecumenenota sprak dr. Samuel Kobia, secretaris-generaal van de Wereldraad voor Kerken, de synode toe. Hij bedankte de Protestantse Kerk voor haar voor inbreng in de oecumenisch beweging. Nederland heeft een belangrijke oecumenische traditie, zei hij, verwijzend naar de oprichting van de Wereldraad van Kerken in Amsterdam in 1948. Ook de eerste secretaris-generaal was een Nederlander: dr. Willem Visser ’t Hooft.
Dr. Kobia ziet de wereldwijde oecumenische beweging als een „beweging van hoop.” „Ze is geroepen hoop te geven in een gebroken wereld.”
De Keniaanse theoloog zei waardering te hebben voor de oecumenenota van de PKN, maar plaatste toch een paar kanttekeningen. Zo dreigt volgens hem in de PKN het diaconale aspect onderbelicht te blijven in de oecumene. Dat komt volgens hem doordat het diaconaat is ondergebracht bij Kerk in Actie en ICCO.
Dr. Kobia bracht de synode groeten over van de kerken in Sudan, die hij deze week heeft bezocht. Morgen vertrekt hij naar het Midden-Oosten. Daar zal hij weer de groeten overbrengen van de Protestantse Kerk.
De gereformeerd vrijgemaakte hoogleraar prof. dr. B. Kamphuis, lid van de Raad van advies voor het gereformeerd belijden, sprak de synode op persoonlijke titel toe. „Ik heb respect voor de wijze waarop de PKN als geheel kerk van Jezus Christus in deze tijd wil zijn”, zei hij. „Ik voel zelfs wel eens wat jaloezie opkomen. Het lukt de PKN om een actuele visie te ontwikkelen op de taak van de kerk in de samenleving. Dat missen wij als kleine kerken.”
Toch bekruipt hem wel eens een gevoel van vervreemding. „Als ik stukken uit uw midden lees, dan heb ik ook wel het gevoel dat die prachtige zinnen en passage bedoeld zijn om verschillen in de kerk te bedekken. Consensus moet er zijn in de zaak waar voor je staat. De eenheid van de kerk is alleen te vinden bij het kruis.”
Prof. dr. G. C. den Hertog, die namens de Christelijke Gereformeerde Kerken zitting heeft in de Raad van advies voor het gereformeerd belijden, ging in op de nota over het Israëlisch-Palestijns-Arabisch conflict. Hij pleitte ervoor de zinsnede „onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël” te handhaven. „Het is zo’n waardevolle term dat ik die graag zo zou overnemen in de kerkorde van de Christelijke Gereformeerde kerken.”
Synodepreses ds. G. de Fijter overhandigde prof. Kamphuis en prof. Den Hertog „als teken van verbondenheid” een kaars met het logo van de PKN en de woorden ”United in Christ”