Veertien jaar geëist voor doodslag in Pernis
Het openbaar ministerie heeft dinsdag voor de rechtbank in Rotterdam tot veertien jaar cel geëist tegen de drie verdachten van de dood van een 28-jarige Rotterdammer.
De twee mannelijke verdachten zouden in juni 2007 Björn Jue urenlang hebben geslagen en geschopt. De politie werd gealarmeerd, maar kon niet naar binnen.Het OM eiste voor de doodslag tegen verdachte Walter A. veertien jaar cel. Jeffrey van S. hoorde acht jaar celstraf tegen zich eisen. Justitie wil Marian D. vier jaar in de gevangenis.
Dat de eisen zo uiteenlopen heeft volgens justitie te maken met de verschillende rollen die de drie verdachten hebben gespeeld. Walter A. zou het meeste geweld hebben gebruikt. Jeffrey van S. heeft zich door hem laten meeslepen, maar bleef opvallend genoeg toch meedoen aan het hele plan.
Marian D. is volgens de officier te beschouwen als „een klassieke medeplichtige en niet als medepleger." Zij was immers niet tijdens de doodslag aanwezig. Wel heeft zij meegeholpen het plan voor de beroving te beramen.
De officier van justitie verdenkt de drie van doodslag en zag af van moord. Het plan van de drie was namelijk gericht op het beroven van het slachtoffer. Zij wilden hem niet dood. In totaal hadden zij hem een bedrag van ongeveer 15.000 euro afhandig willen maken.
Uitspraak 22 april.