Dat heeft de bewindsman geschreven in antwoord op Kamervragen van SGP, PvdA en SP.De drie partijen trokken bij De Vries aan de bel na berichten in de media dat uitgezonden militairen regelmatig zelf uitrustingsstukken aanschaffen, zoals patroonhouders, schoenen en kogelwerende vesten. De militairen doen dat om zich veiliger te voelen of omdat de door hen aangeschafte spullen beter draagbaar zijn.

De Vries vindt dat een kwalijke ontwikkeling. „Uit oogpunt van veiligheid en uniformiteit is het ongewenst dat militairen zelf inkopen doen buiten de reguliere Defensiekanalen om”, schrijft hij. Zelf spullen kopen noemt hij „in principe onnodig.” De veiligheid van de militairen „is het beste gediend met de door Defensie goedgekeurde en verstrekte uitrusting.” Het kledingpakket dat soldaten meekrijgen op uitzending bevat volgens de staatssecretaris voldoende en goed materieel.

De uitrusting wordt voortdurend geëvalueerd en verder ontwikkeld, aldus De Vries. Als iets ondeugdelijk blijkt, wordt het vervangen. Zoals bijvoorbeeld de schoenen die militairen in Afghanistan gebruiken. Soldaten in Uruzgan krijgen sneller nieuw schoeisel, omdat de huidige schoenen voor verbetering vatbaar zijn. De kwaliteit van de in Uruzgan gebruikte kogelwerende vesten voldoet, al geeft De Vries toe dat er scherfvesten zijn die beter draagbaar zijn.

In een brief aan de Kamer schrijft de staatssecretaris dat hij precisiemunitie wil kopen voor de pantserhouwitser, het zwaarste kanon waarover Nederland beschikt. Het gaat om granaten die met een laser op een doel kunnen worden geleid, de LGP, en om de CCF, een ontstekingsbuis die op al bestaande 155 mm-granaten kan worden geschroefd en die de richting van het projectiel verbetert. De Vries schat de kosten op 25 miljoen tot 50 miljoen euro. De nieuwe precisiemunitie zal niet meer kunnen worden gebruikt op de drie pantserhouwitsers in Uruzgan.