„Hij is van mening dat er moet worden gestreefd naar een vreedzame oplossing, met respect voor de mensenrechten, waarbij rekening moet worden gehouden met de positie van alle bevolkingsgroepen". Dat staat te lezen op de site van het Koninklijk Huis (www.koninklijkhuis.nl), in de rubriek waarin de dienst antwoord geeft op veelgestelde vragen.Eerder heeft het kabinet in een brief aan de Tweede Kamer tot hetzelfde opgeroepen, voegt de dienst eraan toe.

Op de vraag of de prins vindt dat Nederland de Olympische Spelen moet boycotten, antwoordt de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD): „In publieke uitingen houdt de Prins van Oranje altijd rekening met zijn bijzondere positie. Dat geldt uiteraard ook voor zaken met betrekking tot zijn IOC–lidmaatschap. Bovendien, de Prins van Oranje opereert in het IOC weliswaar niet onder instructie van de Nederlandse regering, maar over politiek relevante zaken met betrekking tot het IOC en uitlatingen daarover is vanwege de ministeriële verantwoordelijkheid voor de Prins altijd overleg met het kabinet. Dit betekent derhalve ook dat voor het antwoord van de Prins op bovenstaande vraag de ministeriële verantwoordelijkheid geldt en dat die vraag aan het kabinet gesteld dient te worden. De Prins van Oranje kan op die vraag geen antwoord geven".

De dienst verwijst verder naar het standpunt van het kabinet, dat het dinsdag in de Tweede Kamer nader uiteenzette.