Sluipende krach
Beleggen is een kwestie van geld. Maar investeren in aandelen mag gerust nog veel meer een zaak van vertrouwen heten. Zonder geld valt beleggen niet mee, zonder vertrouwen wordt dat een hachelijk avontuur.
Feit is dat het vertrouwen van beleggers volledig zoek is, gezien de wereldwijde koersdalingen. Van een beurskrach is (nog) geen sprake. Dat is pas het geval als beursindices over twee dagen meer dan 20 procent van hun waarde verliezen. Dat gebeurde op 19 oktober 1987 in de VS op één dag. Die dag ging de boeken in als Zwarte Maandag.Maandag was het weer maandag, met een verlies van ruim 6 procent voor de AEX-index. Op andere Europese beurzen was het al niet veel beter; Azië kleurde dinsdagmorgen donkerrood en beleggers wachten met spanning op de reactie vanuit Amerika.
Een sluipende krach mag de huidige ontwikkeling gerust worden genoemd. De kredietcrisis in de VS trekt diepe sporen. Financiële instellingen in Amerika namen eind vorige week hun (miljarden)verliezen, bij de bekendmaking van de jaarresultaten. Punt is echter dat niet duidelijk is of er nu echt schoon schip is gemaakt. Negatieve verrassingen -vooral rond de waardering van beleggingsconstructies- liggen nog elke dag op de loer. Europa dacht de dans even te kunnen ontspringen. Nu blijkt dat ook een Duitse bank het kredietvirus onder de leden heeft, tast dat het vertrouwen verder aan.
Beurskoersen zeggen niet alles, maar vormen toch een van de graadmeters van de stand van de economie. Het getuigt van visie en lef om problemen te benoemen. President Wellink van De Nederlandsche Bank deed dat de afgelopen dagen door te zeggen dat de economische groei in Nederland te lijden kan krijgen onder de gevolgen van een eventuele recessie in de VS. Topman Heemskerk van de Rabobank viel hem bij door te stellen dat banken de komende tijd meer dan 1000 miljard euro minder kunnen uitlenen. De kredietfunctie van financiële instellingen is een van de krachtigste motoren van een economie.
Dat zijn signalen die niet mogen worden genegeerd. Ook niet door politici. Niemand is gebaat bij paniek. Dat Nederland het goed doet als het om inflatie en werkloosheid gaat, mag gezegd. Ook de premier en de minister van Financiën mogen dat roepen. Dat doen ze ook, maar dat we om die reden gevrijwaard blijven van economisch malaise, is toch een te zonnige voorstelling van zaken.
Nederland mag dan relatief minder afhankelijk worden van de VS en de blik meer en meer richten op Azië, de crisis die zich openbaarde in Amerika lijkt in een sneltreinvaart de wereld te gaan beheersen. Dat is alleen al te zien aan de beursgraadmeters in het Verre Oosten. Of een en ander uitmondt in een wereldwijde recessie valt op dit moment niet te voorspellen, maar een pleidooi voor gezond realisme -ook bij Balkenende en Bos- is op zijn plaats.
Dat kan het begin zijn van herstel van vertrouwen, dé peiler onder economische groei. Een garantie voor het voorkomen van een recessie is niet te geven, de conjunctuurwetten garanderen zelfs periodes van economische krimp. De tijd zal leren of de huidige reacties op de beurzen zijn ingegeven door paniek of door realiteitszin.