Christenen Irak vrezen religieuze zuivering
In Irak is woensdag opnieuw een serie bomaanslagen gepleegd op kerken en kloosters. Christenen spreken van een gecoördineerde aanval. Ze vrezen een „religieuze zuivering”, meldde de rooms-katholieke hulporganisatie Kerk in Nood donderdag.
De aanvallen op christelijke kerken en kloosters hadden zondag en woensdag plaats in Bagdad, Mosul en Kirkuk. Er vielen geen doden.„Het gecoördineerde karakter van de bomaanslagen wijst erop dat deze bedoeld zijn om de christelijke gemeenschappen angst aan te jagen en hen ertoe te bewegen het gebied te verlaten”, aldus Iraakse rooms-katholieken tegenover Kerk in Nood.
Het noorden van Irak, vooral de stad Kirkuk, was tot nu toe een betrekkelijk veilige regio in het land. Volgens de Irakese informanten lijken de bomaanslagen er niet op gericht om te doden, maar om duidelijk te maken dat „op ieder moment alles mogelijk is.”
Aartsbisschop Louis Sako van het bisdom Kirkuk in Noord-Irak noemt de bomaanslagen een „politieke boodschap” van angst en verschrikking. Een andere bisschop in Irak meldt dat de christelijke gemeenschappen „gechoqueerd” zijn door de aanslagen. Doordat het in de voorafgaande periode van twee maanden relatief rustig bleef, was er zelfs sprake van een zeker optimisme onder de christenen. „Maar nu realiseren zij zich dat dit nog te voorbarig is.”
De christelijke gemeenschap in Irak is sinds de Amerikaanse invasie sterk in aantal afgenomen. Marie-Ange Siebrecht, projectleider van Kerk in Nood in deze regio, noemt de uittocht van christenen rampzalig voor de Irakese christelijke gemeenschappen en voor de islamitische bevolking met wie zij al zo lang samenleven.
Het aantal christenen dat momenteel in Irak woont, is niet precies bekend. In 2003 woonden er nog 1,2 miljoen christenen in Irak. Naar schatting is meer dan de helft naar het buitenland gevlucht.